85
zich zelf staande leden zoeken door den drang der omstandigheden
aansluiting bij lotgenooten, en een groep lotgenooten beziet de zaken
allicht éénzijdig.
In de naar onze voorstellen gereorganiseerde vereeniging zijn de
leden alreeds tot groepen (afdeelingen) vereenigd, waar men zijne
belangen ter sprake zal kunnen brengen. Het ligt voor de hand,
dat het zoeken naar aansluiting bij lotgenooten daardoor minder
waarschijnlijk, ook minder noodzakelijk wordt. Te verwachten
is dus naar het oordeel der ondergeteekenden, dat de voorgestelde
nieuwe statuten ook ten aanzien van het euvel der afzonderlijke
acties veel goeds zullen doen.
Overwogen zou kunnen worden om na art. 7 der Statuten in
te lasschen: «Optreden tegen het belang der vereeniging en
wanbetaling kunnen o.a. aanleiding geven tot royement». Of het
praktisch effect van een dergelijke bepaling echter groot zal zijn,
meenen ondergeteekenden te mogen betwijfelen.
DIAGONALENSNIJPUNT EN DE REKENLINEAAL.
Een geval uit de practijk, uitzetting op het terrein van de
rechtlijnige grens van een mijnveld nabij Heerlen tusschen twee
triangulatiépunten over de «kopjes» van Zuid-Limburg leidde tot
de coördineering van het snijpunt van twee richtingen, elk be
paald door twee in coördinaten gegeven punten. De oplossing
van dit vraagstuk (Linienschnitt) wordt in Zeitschrift für Vermess.-W.
jaarg. 1911 pag. 17 3 erschöpjend behandeld genoemd. Hieronder
mogen evenwel een paar nieuwe methoden (II, VIII, IX, XI,
XIII, XIV en XV worden toegevoegd aan de reeds bekende,
daarbij gebruik makende van de gelegenheid aan te toonen,
hoezeer der rekenlineaal onrecht wordt aangedaan, als men meent,
dat zij alleen bij zeer eenvoudige berekeningen van nut is. Het
voorbeeld van Zeitschr. für Vermess.-W. jaarg. 1908 pag. 944 is
genomen onder tien-voudige vergrooting der coördinaten, zulks
om te doen uitkomen, 1. dat de rekenlineaal meer dan voldoende
Alkmaar
Rotterdam
I Juni 1913.
C. H. B. de Korver.
J. D. Krijgsman.