log (ip\ log to—log to—*1) 07 A -V Wto (//),(/3/), (^)2(/3/)2 ^4(/3/)4 (^5(/3/)5 - (//)i (//)2 (//)3 (//)s j^5 (/3/)j _j_ (/3/)2 (/3^5(> De berekening van log en (/3/)j geschiedt aldus: log tg (&)i log - jh) log to *1), log sin j3j log cos ,3i Voor punten, waarbij ondersteld wordt, dat aan (n i) punten is aangesloten, krijgen we de formule: A s,p mn_1 )2 X - x to - X -f- (/3/)l (/3/)2 ((3p)„ - x). of in woorden: Indien een net, dat aan n punten is aangesloten, aan een ne punt moet worden aangesloten, is de grootte der ver schuiving voor elk punt gelijk aan 't product der afstanden van dat punt tot de reeds aangesloten punten, vermenigvuldigd met een constante (mn 7J en het argument van de verschuiving van dat punt gelijk aan de som van de argumenten van de lynen welke uit de aangesloten punten naar het punt toegaan, ver meerderd met een constante (a,„ Daar Ai en voor het nc punt bekend is, zijn ;«„_,en«„_T dus gemakkelijk te berekenen. De correcties Ay en A x zijn nu: A y mn (lp)x lp)2 X (lp)n -1 sin j x„ -f ([Sp)2 -j_ ((3p)n i ®«- 1 (lp)2 X (lp)n -1 COS I xnr -f- i(3p)\ (|3/)2 {dp)n - x Indien een net aan meer dan twee punten van hoogere orde moet worden aangesloten, is het noodzakelijk, dat, op welke manier men dan ook overigens die aansluiting wil tot stand brengen, het net aan 2 punten van hoogere orde aan te sluiten. Aan de voorloopige coördinaten, die men voor de punten verkrijgt, worden dan nog correcties toegevoegd om de aansluiting aan de andere punten te verkrijgen. Zijn die 2 punten van hoogere orde 1 en 2, dan kent men van de vergelijking, welke het lid van formule (8) o maakt, steeds 2 wortels rx en rï(f^ en is dus dat 2e lid deelbaar door to r*9>) to 11et quotient, dat men verkrijgt, is dan

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1914 | | pagina 103