13°
op 800.welk bedrag door de vergadering werd gevoteerd.
Na uitvoerige discussie werden alle door het bestuur gedane
voorstellen, al of niet geamendeerd, aangenomen.
Rechtstoestandbond.
Onze vereeniging was op de algemeene vergadering van dezen
bond, gehouden te Amsterdam op 4 October 1913, vertegenwoor
digd door de Heeren W. P. Stakman en J. J. W. van Wiechen.
Het verslag van deze jaarvergadering is opgenomen in de 6e af
levering jaargang 1913 van het Tijdschrift.
De bond stelde in het afgeloopen jaar ernstige pogingen in
het werk om in den boezem der aangesloten vereenigingen grootere
belangstelling te wekken voor de belangrijke actie, door dezen
bond gevoerd.
Op den 6en September 1913 werd te 's Gravenhage eene be
tooging gehouden, waar de Heer W. J. Verhoeven ons vertegen
woordigde. In het inleidend woord tot deze betoogmg deelde de
voorzitter mede dat aanwezig waren: 121 afgevaardigden repres-
senteerende 63 vereenigingen met 33-000 leden.
Hierna werd het woord gevoerd door prof. H. Krabbe uit
Leiden die van meening was dat niet onwil, maar onmacht van
den wetgever oorzaak is dat nog geen wet tot regeling van den
rechtstoestand is tot stand gekomen, en als conclusie stelde dat
de bond niet moest vragen om een volledig toegeruste wet, maar
om een volledig toegerusten rechter.
Vervolgens sprak het lid van de Tweede Kamer der Staten-
Generaal de Heer W. J. E. H. M. de Jong, die een historisch
overzicht gaf en met verschillende voorbeelden de rechtsonzekerheid
van den ambtenaar in het licht stelde.
Beide sprekers werden luide toegejuicht, terwijl de vergadering
ten slotte onder applaus de volgende motie aannam:
„De Bond enz.
Overwegende dat door het ontbreken van een wettelijke regeling er
positie van de ambtenaren, niet voldoende waarborgen aanwezig zijn,
tegen onrechtmatige behandeling, in het bijzonder wat betreft het straffen
en het geven van ontslag;
dat dan ook menigmaal handelingen tegenover ambtenaren hebben
plaats gehad, die het rechtsgevoel onbevredigd hebben gelaten, waardoor
ook op den dienst in het algemeen een nadeeligen invloed wordt uitge
oefend