5°° M. diepe zilvermijnen, namen toch vele inwoners in over haasting de vlucht; de overheid dwong de menschen echter om te blijven of terug te keeren, terwijl zij kort en bondig verklaarde, dat zij «in hare wijsheid» wel zou weten, wanneer er gevaar dreigde en dan wel tot de vlucht aan zou manen, voor 't oogenblik was er niets te vreezen «als de processies maar voortgingen».J) Een zeker indianendorp in Connecticut droeg in de bloemrijke taal onzer roode broederen naar deze onderaardsche geluiden den welluidende naam «Morehem oodus» of «Oord der ge- ruischen»; minder welluidend klinkt de benaming «Mistpoeffers», waarmede de Vlaamsche en Hollandsche Zeelieden het verschijn sel aanduiden, of zooals zij ook wel zeggen: «'t is de smoor (damp), die breekt». Toch is waarschijnlijk ook hier de poëzie niet verre. Het geluid, dat aan de Vlaamsche en ook aan onze kusten geen zeldzaamheid is, schijnt vooral een uitstralingshaard te hebben tusschen de «Fairy-Bank» en de «Banc de Bergues» tegen de Vlaamsche kust in eene zone gelegen tusschen de vuur schepen van West-Hinder en Ruytingen op 5i°2o' N.B. en 2°20' O.L. van Greenwich.2) Waarschijnlijk dankt dus de «Fairy-bank» (Tooverbank) haar poëtischen naam aan deze mysterieuse geluiden. Op de hierbij gevoegde kaart 3) van het gedeelte der Noordzee gelegen tusschen de monden van de Schelde en van de Theems is de ligging dezer banken aangeduid, terwijl uit deze kaart tevens blijkt, hoe de Nederlandsche- en de Vlaamsche stranden onder eene zeer flauwe helling afloopen om ter diepte van de grillig zich slingerende «isobathe» van 20 vademen over te gaan in eene nog al geaccidenteerde onderzeeschc vallei. In deze vallei verheft zich dan plotseling uit eene diepte van ongeveer 50 Meters de slechts 1 a 2 Kilometers breede steilkam der «Falls» tot op eene hoogte van nauwelijks een 8 tal Meters onder het opper vlak van de Zee; de Westelijke helling van dezen kam daalt even steil weer neer tot op eene ongeveer even groote diepte, waaruit dan echter reeds op korten afstand het massief van Engeland oprijst. i7i Humboldt, Kosmos I, Seite 277. -) Ciel et Terre, l8g6, E. van den Broeck en C. J. van Mierlo, Un phénomène mystérieux, pag. 544, etc. Deze kaart werd vervaardigd met behulp van de gegevens voorkomende op de Engelsche-, Nederlandsche- en Duitsche Zeekaarten.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1914 | | pagina 181