genomen. Men vraagt den brandpuntsafstand van de tweede lens te bepalen en den loop der lichtstralen te teekenen. 2. Een volkomen cilindrische buis, die aan beide einden open is, wordt in een bak met kwik geplaatst; de buis steekt 16 c.M. boven het kwikniveau uit. Nadat de buis van boven gesloten is trekt men haar 14 c.M. op. Hoeveel c.M. zal het kwik in de buis hooger staan dan in den bak? Barometerstand 75 c.M. De kennis der candidaten op het gebied van boldriehoeksmeting vlakke driehoeksmeting en stelkunde was over het algemeen zeer bevredigetrch In de meetkunde bleken de meeste candidaten voldoende onder legd te zijn, aan enkele, wier schriftelijk werk onvoldoende was, kon na het mondeling onderzoek nog een voldoend cijfer worden toegekend. Het schriftelijk werk voor natuurkunde was over het alge meen voldoende. Bij het mondeling onderzoek naar de kennis van de cosmographic bleek hoewel meestal een voldoend cijfer kon worden toege kend - dat eenige candidaten de studie van dat vak hadden verwaarloosd. Bij het oplossen van de rekenkundige vraagstukken zijn ver scheidene candidaten minder gelukkig geweest. Bij het mondeling onderzoek in rekenen behaalden bijna alle candidaten «goede», sommige zelfs «hooge» cijfers. Het onderzoek in aardrijkskunde toonde aan, dat verreweg de meeste candidaten Nederland en de Oost-Indische bezit tingen, alsmede Europa met goed gevolg hadden bestudeerd. De kennis der Nederlandsche taal was in het algemeen be vredigend. Bijna alle candidaten wisten zoowel schriftelijk als mondeling behoorlijk hun gedachten uit te drukken. Enkele waren niet genoeg op de hoogte van de gebruikelijkelijke taai en spellingregels of namen deze niet genoeg in acht. De vertalingen uit het Fransch en Hoogduitsch waren in den regel voldoende, doch de vaardigheid van uitdrukking in deze twee moderne talen was niet groot. Het onderzoek naar de kennis van de Staatsi?irichting was zeer voldoende. 116

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1915 | | pagina 120