157 In gevallen van den voorhanden aard moeten derhalve de notarissen of partijen gewaarschuwd, op redres der akte aangedrongen en, bij wei gering daarvan, tegen den notaris proces-verbaal wegens overtreding der wet op het notaris-ambt opgemaakt worden." Het komt mij echter voor dat door wetswijziging in de zaak ware te voorzien en wel door lid 2 van art. 37 N.W. aan te vullen met de bepaling '•met dien verstande, dat het, behalve voor de akten en borde rellen tot vestiging en doorhaling van hypotheek en onverminderd het bepaalde bij het 2e lid van art. 1219 van het Burgerlijk Wet boek ten aanzien van tienden en grondrenten, als een voldoende kadastrale aanduiding zal worden beschouwd wanneer wordt op gegeven, dat een perceel uitmaakt een gedeelte van een aaneen gesloten complex van kadastrale pcreeelen alle toebehoorende aan een en denzclfden eigenaar, welk complex in dat geval nader moet worden aangeduid door opgave van gemeente, sectie en nommer van alle kadastrale perceelen daartoe behoorende Voor de kadastrale boekhouding zou die manier om de kada strale aanduiding op te geven geen bezwaren opleveren, wel voor de hypothecaire omdat, ingeval het verkochte gedeelte met hypotheek werd bezwaard, achter alle nommers van het complex in het reg. 69® de verwijzing naar het deel en nommer van het inschrijvingsregister (hulpreg. n°. 3) zou worden geplaatst en diensvolgens al die nommers zouden geacht worden met de hy potheek te zijn bezwaard. Aan de vestiging van hypotheek op een op dergelijke wijze bij verkoop kadastraal aangeduid gedeelte zal daarom steeds kadastrale uitmeting en aparte nommering moeten voorafgaan. Liet ambtshalve opmeting te lang op zich wachten dan behoorden partijen de meting op eigen kosten aan te vragen. Daarvoor kon wel een tarief worden vastgesteld, 2) een betrekkelijk laag tarief omdat anders de meting en toepassing toch ambtshalve zouden moeten worden verricht, om die reden behoorden de reis- en verblijfkosten en uitschotten dan geheel door het Rijk te worden gedragen. J) De bepaling in één gemeente en seetie gelegenwaarmede de Fransche com mission extra-parlementaire du cadastre de omschrijving van een dergelijke «unité foncière» aanvult, komt mij niet gewenscht voor en de andere toevoeging, dat per ceelen welke door publieke wegen en wateringen zijn gescheiden niet geacht worden aan elkaar te grenzen overbodig. Zie K. en L. 1897 132. 2) Zie bet ontwerp daarvan in de hierna voor te stellen aanvulling van art. 187 I. K#

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1915 | | pagina 161