i67 sprak Zijne Excellentie o. a. deze woorden: «Hieruit kan men zien dat, mochten anderen misschien meenen dat de plannen omtrent de leening zouden leiden tot het stopzetten van verdere hervorming ik voor mij zelf de overtuiging heb, dat dit niet het geval is.» Vooral de omstandigheid dat onder de aangekon digde ontwerpen genoemd werden eene herziening der registratie belasting en herzieningen van de grondbelasting op gebouwde en ongebouwde eigendommen, deed het bestuur vrijmoedigheid vinden om ook op eenige zéér wenschelijke hervormingen met betrekking tot ons dienstvak de aandacht te vestigen. Toen het bestuur zich dan ook den i9en Februari te's-Graven- hage bevond met de bedoeling een beleefdheidsbezoek aan den Minister te brengen, bestond het voornemen om, indien daartoe althans gelegenheid geboden werd, reeds voorloopig aan Zijne Excellentie onze voornaamste wenschen kenbaar te maken en die wenschen later schriftelijk te herhalen. Door onvoorziene omstandigheden was evenwel de Minister dien middag verhinderd audiëntie te verleenen. Gelukkig konden door de zeer gewaar deerde tusschenkomst van den Heer Inspecteur van het Kadaster onze wenschen toch voorloopig aan den Minister worden mede gedeeld. Den i4en Juni zond het bestuur aan alle leden afdrukken van een ontwerp-request met memorie waarin die wenschen werden herhaald en toegelicht, met verzoek aanmerkingen op- of beden kingen tegen den inhoud daarvan vóór i Juli ter kennis van den secretaris te brengen, en met eene opwekking om deze stukken in de afdeelingen te behandelen. Het verdient te worden gememoreerd dat in alle drie toen be staande afdeelingen (Arnhem, Breda en Zutphen) request en memorie uitvoerig werden besproken, en dat met de algemeene strekking daarvan onverdeelde instemming werd betuigd. De door de afdeelingen voorgestelde wijzigingen betroffen vrijwel uitsluitend den vorm van de memorie van toelichting. Alleen de afdeeling Zutphen stelde voor aan het request een drietal punten toetevoegen. Het bestuur meende op dat voorstel niet te moeten ingaan, omdat allerminst zeker was dat daartegen bij vele leden geen bezwaren zouden bestaan. Dit drietal punten zal thans op de eerstvolgende algemeene vergadering onderwerp van bespreking uitmaken.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1915 | | pagina 171