184 eeniging het voorstel ontworpen om ter herdenking van haar 25-jarig bestaan van gedachten te wisselen over de wenschelijk- heid van een kadaster met bewijskracht en in de algemeene ver gadering van 25 Maart 1899 der Notarieele Vereeniging werden nu met eenparige stemmen de volgende besluiten ge nomen i°. tot bekwame voor- en tegenstanders van een kadaster met bewijskracht het verzoek te richten, praeadviezen daarover uit te brengen; 2°. die praeadviezen te publiceeren; j". daarna eene vergadering te beleggen ter behandeling der uitgebrachte praeadviezen en tot bijwoning dier vergadering de leden der Vereeniging voor kadaster en landmeetkunde en andere belangstellenden uit te noodigen. De heeren G. van Iterson, Hypotheekbewaarder te Amster dam (contra) en C. W. Gom bault, Landmeter van het Kadaster te 's-Gravenhage (pro) werden bereid gevonden de gewenschte praeadviezen uit te brengen en wel ten opzichte van de volgende vraagpunten: I. A. Is invoering van een kadaster met bewijskracht ten aanzien der eigendomsgrenzen hier te lande wen- schelijk? B. Zoo ja, is invoering daarvan ook met behoud van ons tegenwoordig stelsel van hypothecaire boekhouding mogelijk en op welke wijze? II. Is afgescheiden van de vraag omtrent de bewijs kracht bij vernieuwing de splitsing van het kadaster in een eigendoms- en een belastingkadaster wenschelijk? Men doorleze nu eerst het behoorlijk gedocumenteerde prae- advies van den heer van Iterson en wende zich dan tot de mooie verhandeling van den heer Gombault, waarin de om vangrijke stof wordt behandeld in het 4 tal afdeelingen: «Wat is een kadaster met bewijskracht?», «Is invoering van een kadaster met bewijskracht wenschelijk?», «Het ka daster en zijne plaats in de hypothecaire wetgeving» en

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1915 | | pagina 190