I §9 vonden plaats op de stations Kollum en Leeuwarden en op de punten IIde orde 2den rang Kollumerzwaag I en II en Augsbuurt. De tweede ploeg, onder leiding van den ingenieur Bijl, vertrok 4 Mei uit Delft ten einde de verkenning voort te zetten in het westelijk gedeelte van Friesland. Van af 8 Juni was hierbij werkzaam de assistent-ingenieur W. J. Berdenis van Berlekom. De verkenning werd voortgezet tot begin Juni, waarna de richtingsmetingen geschiedden op de stations Warns I, Koudum I en Workum I. Centreeringsmetingen werden eveneens verricht op deze stations en op het station Mirdumer Klif, waar ook een enkele richting werd bijgemeten. Als punten IIe orde 2den rang werden gecen treerd: Warns II, Nye Mirdum I, Bakhuyzen I en II, Hemelum, Stavoren, Molkwerum, Koudum II, Hindelopen I, Workum II, Parrega, Dedgum en Blauwhuis. De derde ploeg, onder leiding van den ingenieur van der Velden, vertrok 4 Mei uit Delft ten einde de verkenning voort te zetten in het Noord-Westelijk gedeelte van Drenthe. Van af 8 Juni was hierbij werk zaam de assistent-ingenieur J. de Bruyn Kops. De verkenning werd voortgezet tot half Juni, waai na richtingsmetingen en centreeringsmetingen plaats vonden op de stations Vledder, Dwmgelo, Beilen I en Pesse en bovendien centreeringsmetingen op de stations Boschberg (Fr.), Grooteveld, Hoogersmilde, Grolloërveld en Wijstersche veld. Als punt IIe orde 2den rang werd gecentreerd Diever I. De vierde ploeg, onder leiding van den ingenieur de Hulster, vertrok 11 Mei uit Delft ten einde de metingen in het Noordelijk gedeelte van Groningen te hervatten. Van af 8 Juni was hierbij werkzaam de assistent ingenieur M. J. Huizinga. Richtingsmetingen vonden plaats op de stations Appingedam I, Zeerijp, Woltersum en Bedum I, op welke stations ook de noodige centreeringsmetingen werden verricht, teiwijl dit daarenboven geschiedde op de stations Oostpolder en Noordpolder. Als punten IIe orde 2den rang werden gecentreerd Farmsum, Tjamsveer, Loppersum, 't Zandt, Stedum I, Ten Boer I, Noordwolde (Gr.) en Zuidwolde (Gr.) I. Als gevolg van den Europeesclien oorlog en de mobilisatie van het Nederlandsche leger, waardoor verscheidene heliotropisten plotseling werden opgeroepen, werd het wenschelijk geoordeeld de terreinwerkzaamheden begin Augustus af te breken. Daar het op dat oogenblik niet mogelijk was de wagens met volledigen inventaris naar Delft te doen vervoeren, werden door de diverse ploegen, op dat moment, alleen de voornaamste instrumenten en archiefstukken medegevoerd naar Delft en bleef de rest, zoo goed mogelijk verzorgd, op het terrein echter. Begin September, toen de loop der treinen zulks weer toeliet, werd een en ander naar Delft gebracht. Met goedkeuring der betreffende autoriteiten, Dieven de bebouwingen

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1915 | | pagina 205