33 KOLONIAAL VERSLAG 1914. (NEDERLANDSCH OOST-INDIË). Hoofdstuk J. afd. V. Agrarische en kadastrale opnemingen. 1. Agrarische opnemingen. In bijlage N. zijn opgenomen de 0111 de vijf jaren door de residenten op Java en Madoera te vertrekken statistische gegevens betreffende den omvang van het grondbezit der inlandsche bevolking en de gouvernementsdesa's. De thans gedane opgaven zijn afgesloten op uit. 1912, (vgl. bijlage M. van K. V. 1909. Van de vier op Lombok bescheiden inlandsche landmeters bleef er één te Mataram belast met de opneming en kaarteering van de petjatoe-, paoeman- en waqf-gronden en met de aanvulling en verbetering van de agrarische gegevens voor de onderafdeeling West-Lombok. De overigen bleven werkzaam in de onderafdeeling Oost-Lombok, den einde de bevloeide en van regen afhankelijke sawah's, zoomede tuinen en tegal velden op te meten. In het district Pringabaje liepen de werkzaamheden af. In negen en twaalf desa's, respectievelijk van de districten Parang en Sakre, werden opmetingen verricht. Op uit. 1913 kwam het werk in Oost-Lombok gereed en werd het personeel overgeplaatst naar de afdeeling Midden-Lombok, ten einde aldaar de metingen te helpen voortzetten. De agrarische opmet'ingen in de onderafdeelingen Badoeng en Tabanan der afdeeling Zuid-Bali liepen respectievelijk in December 1913 en Maart 1914 ten einde. De kaarteering zal, in verband met de voorgenomen invoering op Bali en Lombok van eene nieuwe landrenteregeling op topographischen grondslag, door personeel van den topographischen dienst verricht worden. Voor de bijhouding, aanvulling en herziening van de verzamelde ge gevens omtrent de bouwgronden in de afdeelingen Boeleleng en Djembrana was ook nu weder een inlandsche landmeter werkzaam. 2. Kadaster. Aan het einde van 1913 waren bij den kadastralen dienst werkzaam 1 ingenieur, chef van den dienst, 1 inspecteur, 3 bewaarders, 38 landmeters en adjunct-landmeters, 1 commies, 7 klerken, 8 hoofdmatri's, en iqomantri's en éleve-mantri's. Voorts waren, bij wijze van tijdelijken maatregel, boven de formatie 4 adjunct-landmeters, 4 commiezen en 12 klerken in dienst. Aan den op 7 October 1913 te Bandoeng geopenden cnrsus voor de opleiding van Europeesch en inlandsch technisch personeel bij den kadastralen dienst in Nederlandsch-Indië (zie Ind. St. 1913 n°. 526) waren op het Eene herziening van de bezoldiging van het inlandsch personeel bij den kadastralen dienst kwam tot stand bij Gouv. Bt. 17 Maart 1914 n°. 8 (Ind. St. n°. 278).

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1915 | | pagina 33