verkeer per kabel dus niet dat «zonder draad»gedurende meerdere uren en over een groot deel van het aardoppervlak geheel «stop» kunnen zetten. Bij de groote magnetische storing van den 25 September 1909 de grootste welke totnogtoe is waargenomen kon te Parijs van des middags 12 uur tot des avonds 9 uur geen enkel tele gram over worden geseind en zoo was het ongeveer over de geheele aarde het geval; de intensiteit der «tellurische» stroomen bedroeg 50 milliampère, terwijl de toestellen werkten met 10 a 12 milliampère. De «declinatie», welke destijds voor Parijs io° 30' bedroeg, viel eerst terug op 130 om daarna tot 160 te klimmen. Deze verbazingwekkende storingen worden echter minder on begrijpelijk, wanneer we zien hoe zich op de zon vrij plotseling reusachtige vlekken kunnen ontwikkelen, welke zich voordoen als geweldige kolken in het gloeiend-gasvormige hulsel ter lengte van 46000 en ter breedte van 33000 K.M., zooals dat bijv. in Mei 1910 het geval was; in zulk een gapenden afgrond zouden dus een 8 a 9 tal lichamen, ieder zoo groot als de aarde, naast elkander plaats kunnen vinden. In den regel heeft eene magneetstaaf slechts twee polen tengevolge van onregelmatige magnetiseering kunnen er echter ook meerdere als zoogenaamde «.volgpunten» optreden terwijl wij verder onder «magnetisch moment» [M] verstaan het product van de magnetische massa (m) aan een der polen met den onderlingen afstand der beide polen van elkander; dus M m l(1) Bij eene magneetstaaf is verder de onderlinge afstand der polen ongeveer gelijk aan het 0,8 gedeelte van de lengte der staaf. Noemen we verder den straal van een bol r en zijne gelijk matige magnetiseering A, dan bedraagt het «magnetische moment» van dezen bol. M A - t A(2) en de afstand zijner polen bedraagt 48 3 (3)

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1915 | | pagina 50