Zuid Zuid Westelijk verloop hebben, stulpen in den gordel tusschen
Fécamp en Nivers plotseling van het «Kanaal» in Z. Z. O.
richting tot in het hart van Frankrijk terug; het is als het ware
of het oude «Krijtbekken» van Parijs hier in den loop der
«isogonen» weder aan den dag treedt.
Een belangrijk storingsgebied loopt ook langs de Noordkust
van Duitschland van Oost-Pruisen, over West-Pruisen,
Pommeren en Mecklenburg Westwaarts om zich dan over
Sleeswijk-Holstein voort te zetten naar de Noordzee. Dit
storingsgebied is zoo opvallend, dat er ernstig aan kan worden
gedacht of wellicht waardevolle"op niet al te groote diepte
liggende gesteenten er de oorzaak van zouden kunnen zijn,
zoodat deze wellicht nog van economische beteekenis zouden
kunnen worden, wanneer mocht blijken, dat zij zonder al te groote
kosten zouden kunnen worden ontgonnen.
Zooals wij nader zullen zien, worden ook in ons land de mag
netische elementen op dergelijke en nog al opvallende wijze
gestoord en zet zich het Duitsche storingsgebied blijkbaar ook
langs de Noordkust van ons land Westwaarts voort.
Wanneer voor elk punt, waarop magnetische waarnemingen
zijn gedaan en dus de grootte der elementen is bepaald, het
bedrag der storing van de «horizontale intensiteit» in richting
en grootte door een pijltje wordt aangeduid zie de hierbij-
gaande «Isogonen»- en Storingskaart van Nederland,
welke vervaardigd werd naar de gegevens van Dr. van Rijcke-
vorsel betreffende zijne magnetische opneming van ons land 2)
dan wijzen deze pijltjes naar de plaatsen van grootere intensiteit
en men kan dus op eene kaart, tusschen deze pijltjes door en
meer of minder normaal op hunne richting, door eene lijn de
ligging van het «hoofdmassief» dier meer of minder attractorische
massa's aanduiden.
In dezen zin spreekt men dan ook van magnetische «heuvel-
62
Prof. Karl Haussman. Die magnetische Landesaufnahmen im Deutschen
Reich und Magnetische Uebersichtskarten von Deutschland für 1912 in Dr. A. Peter-
manns mitteilungen aus Justus Perthes Geographischer Anstalt, 59jaargang I9I3?
I Haibband, Seite 184.
2) Dr. van Rijckevorsel. Magnetic Survey of the Netherlands for the Epoch
Jan. I, 1891. (Nieuwe Verhandelingen van het Bataafsch Genootschap der Proefonder
vindelijke Wijsbegeerte.)