de zucht om deze «demarcatielijn» behoorlijk te bepalen, nood- wendigerwijze leidde tot meerdere volmaking van de astrono mische en magnetische meetmethoden «aan boord» en tot grondig onderzoek der magnetische verschijnselen, welke tot dien tijd in een nog vrij geheimzinnig waas waren gehuld. In de stille Zuidzee werd door den Nederlandschen Zee vaarder Schouten naar het schijnt op Paaschdag van het jaar 1616 tijdens zijne reis rondom de «wereld» eene lijn zonder afwijking gevonden tén Zuid Oosten van Nukahiva op 150 Zuider-Breedte en 13 2° Wester-Lengte, dus ter plaatse waar zich thans het eigenaardige in zich zelf gesloten «isogonen- stelsel» in den Grooten Oceaan bevindt. De dagelijksche schommelingen der naald werden het eerst opgemerkt door den zendeling Guy Tachard te Louvo in Siam in 1682, ofschoon de waarnemingen van Borough te Limehouse in 1580, die van Gunter in 1622 en van Gellibrand te Diepford in 1634 reeds afwijkingen van vele minuten op verschillende uren van den dag vertoonden, zonder dat dit evenwel de aandacht had getrokken. In 1722 merkte deEngelsche uurwerkmaker Georges Graham op, dat eene op eene stift zich vrij bewegende naald op verschil lende tijden andere aanwijzingen gaf en hij schreef dit eerst toe aan den invloed der wrijving; hij vervaardigde nu meerdere geheel gelijksoortige naalden en kwam nu tot de verrassende ontdekking, dat zij op hetzelfde tijdstip van den dag allen ongeveer in dezelfde richting wezen. John Macdonald volgde den gang der naald tijdens de jaren 1794—1795 in het fort Marlborough op de Zuid Westkust van Sumatra en ook op St. Helena en het gevolg hiervan was weder de ontdekking, dat de amplitudo der dagelijksche slingering belangrijk grooter is op hoogere, dan op lagere breedten, zooals boven reeds werd vermeld en zooals hierachter nader blijkt uit de tabellen «B» en «E», waarvan de eerste den dagelijksehen gang der declinatie aangeeft voor het Koninklijke Nederlandsche Meteorologische Observa torium te «de Bilt» bij Utrecht en de tweede voor dat te Batavia. Uit tabel B waarin de afwijkingen van de maandelijksche uurgemiddelden der dagelijksche schommelingen van de 66

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1915 | | pagina 68