136 2°. Deze vermelding wordt niet alleen niet bezwaarlijk, maar zelfs wenschelijk geacht, wanneer althans algeheele vernieuwing der inschrijvingen evenals in de jaren 1878 en 1879 zal zijn voorafgegaan. 30. Die verwarring wordt ook dezerzijds gevreesd. Echter wordt een dergelijke aanteekening in de Provincie Groningen (met gedeelten van Friesland en Drente) noodzakelijk geacht ten behoeve van het daar heerschende beklemrecht. 4°. In het model van den Kadastralen Legger op bldz. 248 worden de kolommen 2 en 9 overbodig geacht. D. Reorganisatie van den kadastralen dienst. i°. Het is gewenscht het tarief voor Particulier werk te be palen enkel naar evenredigheid van den tijd op het terrein noodig geweest voor de aangevraagde werkzaamheden. Dus niet met den duur of de onkosten van het reizen, noch met den duur der bureauwerkzaamheden, noch ook met de regeling der arbeiders. 20. Het in ééne hand komen van meting en schatting wordt eene noodzakelijke bezuinigingsmaatregel geacht. 3°. Een splitsing der landmeters in drie groepen wordt ten zeerste ontraden. Gewenscht wordt voor elk gedeelte van een Gemeente, voor elke Gemeente en voor elke groep van Gemeen ten, die daarvoor in aanmerking komen, een landmeter aan te wijzen, die met alle werkzaamheden wordt belast. 4°. Het aantal benoodigde landmeters behoeft niet veel van het nu in dienst zijnde af te wijken, mits door teekenaars en klerken een groot deel van den bureauarbeid worde verricht. 5°. Overbrenging van de aansprakelijkheid van den Hypotheek bewaarder op den Staat is zeer zeker gewenscht. 6°. Het lijkt in de lijn te liggen van de voorstellen der Staats commissie, dat het ambt van Hypotheekbewaarder voortaan slechts worde bekleed door Landmeters v. h. Kadaster. Immers zullen deze alle vereischte kennis bezitten door de Staatscommissie op blz. 51 en 52 voor dat ambt gesteld, nadat zij heeft opgemerkt t. a. p. bldz. 51: «de Dienst van de Hypotheken en het Kadaster vormt een afgerond geheel» en «Tusschen registratie en kadaster bestaat een dienstverband niet.» In geen geval echter is te aanvaarden de benoembaarheid tot dit ambt van Candidaat-notarissen, die, geen ambtenaar zijnde,

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1917 | | pagina 136