VERSLAG VAN DEN TOESTAND DER VEREENIGING
EN DE BESTUURSHANDELINGEN SEDERT DE ALGE-
MEENE VERGADERING VAN 25 SEPTEMBER 1916
(Art. 16" Huish. Regl.)
Moest in de beide vorige jaarverslagen worden geconstateerd,
dat het ledental onzer vereeniging onder den druk der tijden
eenigszins terugging, het is bemoedigend thans te kunnen mee-
deelen, dat die teruggang niet alleen is tot staan gekomen, maar
dat zelfs de cijfers van leden- en abonnentental wederom op
langzamen groei duiden.
Het totaal aantal leden onzer vereeniging is thans 218, als
volgt verdeeld: 149 gewone- en 43 buitengewone leden in Neder
land, 4 gewone- en 22 buitengewone leden in Indië. In het vorige
jaarverslag waren deze getallen respectievelijk 217, 147, 45, 4 en 21.
Het Tijdschrift telt 32 abonné's, waarvan 26 in Nederland, 2 in
België en 4 in Indië (vorig jaarverslag resp. 31, 25, 2 en 4).
Door tusschenkomst van den boekhandel werden in 1915 ge
plaatst 24 exemplaren van het Tijdschrift (tegen 20 ex. in 1914).
Het Huishoudelijk Orgaan telt 7 abonné's (vorig jaar 5).
De Heer H. A. Koot droeg in den loop van het jaar het
correspondentschap voor Indië over aan den Heer K. E. van
Oosterzee. Een woord van warmen dank aan den Heer Koot,
voor alles wat hij in het belang der Vereeniging deed, verdient
hier ongetwijfeld plaats.
Van den correspondent voor België, den Heer T. Greeve
werd, door den droeven toestand waarin zijn land nog steeds
verkeert, niets vernomen.
Het aantal afdeelingen onzer vereeniging onderging geen wijziging.
Rechtstreeksche actie voor de verheffing van ons dienstvak werd
in het afgeloopen jaar niet gevoerd. Wel moet worden veronder
steld, dat de kansen voor eene fundamenteele reorganisatie van
het kadaster, door het weder optreden van den Heer Treub als
Minister van Financiën, aanmerkelijk zijn verbeterd, maart evens
is genoegzaam bekend, dat op dit oogenblik nog moeilijk van
Zijne Excellentie kan worden gevergd, aandacht aan dit onderwerp
te wijden.
157