uitblijven; alleen dan zullen de schoone woorden, door Minister
Posthuma aan het slot zijner openingsrede gesproken, in ver
vulling kunnen gaan.
Diep ernstig klonk het van de lippen van den President-Curator:
«dubbel zwaar is de taak, die op Curatoren rust»! Zwaar
is ook die van Senaat en Lectoren, eene traditie valt hier hoog
te houden en schier onafzienbaar is het arbeidsveld, vooral in de
tropen. Dat de aanvullingen en voorzieningen, welke de Hooge-
school nog van noode heeft, niet lang op zich zullen laten wachten,
daarvoor staan ons 's Ministers woorden borg; aan steun van
Hooger Hand zal het dus niet ontbreken.
«Vires acquirit eundo Vada», «Al voortgaande wint
Wageningen aan kracht»! Treffend voorwaar is deze teekenende
Wageningsche Wapenspreuk van toepassing op onze Landbouw-
Hoogeschool; moge zij ook verder van toepassing blijven.
Niet alleen voor onzen «Landbouw» doch ook voor ons
Kadaster breekt thans eene nieuwe aera aan; nog slechts eene
spanne tijd scheidt ons van het tijdstip, waarop ook de opleiding
onzer landmeters aan de Wageningsche Hoogeschool zal worden
toevertrouwd. Ook deze zoo lang gekoesterde wensch zal dus
dra in vervulling gaan, ook den toekomstigen landmeter van het
Kadaster wenkt thans eene hoopvolle toekomst en binnen korten
tijd zal de hierbovenstaande lijst der leerkrachten aan de nieuwe
Hoogeschool moeten worden aangevuld met de namen der kadas
trale lectoren.
Moge ook hier het beproefde «Vires acquirit eundo Vada»
bewaarheid worden.
T. Polêe.