meerdering der rechtszekerheid van den grondeigendom en be
vordering van het grondcrediet, overwogen of het verband tusschen
hypotheken en kadaster moest worden bestendigd. Het advies
luidde bevestigend blijkens het in 1870 verschenen Verslag, blz. 94,
al sloot de Commissie de oogen niet voor de groote bezwaren,
die vooral een gevolg zijn van de onophoudelijke veranderingen
in de kadastrale kenmerken der cultuurperceelen ten behoeve der
bijhouding van den belastinggrondslag, zonder dat eenige wijziging
in den eigendom is gebracht.
Doch de Staatscommissie tot herziening van het 2e boek van
ons burgerlijk wetboek kwam, blijkens haar in 1899 verschenen
verslag, tot de conclusie, dat het huwelijk tusschen hypotheken
en kadaster behoorde te worden ontbonden.
Hare motieven zijn in hoofdzaak dezelfde als die van het Pa-
rijsche Hof van Cassatie, doch over de noodlottige economische
gevolgen die de scheiding zou na zich slepen wordt met geen
woord gerept. Het ontbrak der Commissie blijkbaar aan het
besef dat wat in vroeger tijden geldige motieven konden schijnen
tegen het sluiten van het huwelijk tusschen die instellingen, geheel
ontoereikend kon zijn voor eene echtscheiding onder veranderde
toestanden en nieuwe opvattingen.
In de eerste helft der 19e eeuw toch gold nog algemeen het
grondcrediet als een noodzakelijk kwaad, de toeneming der hy
pothecaire schuld als een bedenkelijk verschijnsel, de verleiding
gelegen in een gemakkelijke opneming van geld tegen lage rente
als een maatschappelijk gevaar.
Thans echter zijn de staathuishoudkundigen het er over eens,
dat een gezond grondcrediet een machtige hefboom is voor de
verhooging van de volkswelvaart, voor bevordering van intensieve
cultuur, waaraan we thans voor onze benarde tijden kunnen
toevoegenvoor de omzetting der cultuur ter productie van eerste
levensbehoeften.
Een ruim gebruik van het grondcrediet voor productieve doel
einden, de vervanging van lichtzinnige geldleeners en onbekwame
bebouwers door degelijke en bekwame ondernemers zijn algemeene
maatschappelijke belangen.
Het kapitaal moet bereikbaar zijn ook voor kleine eigenaars,
die in de eerste plaats voor intensieve cultuur zijn aangewezen
en aan wier credietbehoeften slechts kan worden voldaan door
133