146
Door tusschenkomst van den boekhandel werden in 1917 23
exemplaren van het Tijdschrift geplaatst tegen 24 in 1916.
Het Huishoudelijk Orgaan telt 21 abonné's tegen 11 in het
vorig jaar.
Ook andere cijfers wijzen op een buitengewoon opgewekt ver-
eenigingsleven. Was het aantal bezoekers van onze algemeene
vergaderingen in de jaren 1907 1917 gemiddeld 55, onze jaar
vergadering van 9 Sept. 1 g 18 telde 101 bezoekers, terwijl op de
buitengewone vergadering van 29 Maart 1919 zelfs meer dan
140 leden aanwezig waren.
Toch past hier geenszins een juichtoon. Want de bloei van
onze vereeniging is helaas niet te verklaren uit groote belang
stelling van een in welvaart levend corps ambtenaren voor een
goed verzorgd dienstvak dat het liefheeft. Veeleer moet onze
sterke groei verklaard worden uit diepe ontevredenheid over de
verwaarloozing en achterstelling van ons dienstvak en uit ver
ontwaardiging over de bedroevende wijze waarop het materieel
welzijn der ambtenaren wordt behartigd. Doch tevens wijst onze
sterke organisatie ongetwijfeld op den vasten wil der leden om
nauw aaneengesloten te strijden voor een betere toekomst, en op
een juist begrip van de wijze waarop verbetering te verkrijgen
is. En zóó bezien is er in den gunstigen toestand der vereeniging
toch een element dat moed geeft, en de toekomst met vertrouwen
doet tegemoet gaan.
Met prijzenswaardige ijver heeft onze Indische correspondent,
de Heer K. E. van Oosterzee zijn taak onder moeilijke om
standigheden vervuld. Groote teleurstelling bracht hem zoowel
als ons, de nu wel tot zekerheid geworden waarschijnlijkheid dat
ongeveer anderhalve jaargang van ons Tijdschrift op de bodem
van den oceaan rust. Exemplaren om de verloren gegane te
vervangen zijn niet voorhanden. Wij hebben in dit feit, hoezeer
het ons ook leed doet, eenvoudig te berusten.
Onze strijd voor verheffing van het dienstvak is thans in een
merkwaardig stadium gekomen. Rijpe vruchten heeft onze actie
weliswaar nog niet gedragen. Doch de periode van doodsche,
wintersche rust is gelukkig voorbij. Allerwege komt leven en
groei. Knoppen, vol belofte voor de toekomst, zijn bezig zich te
vormen. En indien de omstandigheden zich niet al te zeer tegen
ons keeren, mag een redelijke oogst worden verwacht.