bouwkringen al zoo dikwijls is aangedrongen, te willen
bevorderen» i)
Meer dan ooit staat thans de eisch eener hoogere productiviteit
en meerdere rechtszekerheid van grondeigendom en grondcrediet
op den voorgrond; veel omvattend zal de taak zijn, welke ook
den landmeter van het Kadaster in de naaste toekomst wacht.
De voordrachten der beide lectoren bij de opening van den
cursus waren derhalve geheel «up to date»; dankbaarder onder
werpen hadden zij moeilijk kunnen kiezen. Laten wij hopen,
dat het hun gegeven moge zijn hunne discipelen te doordringen
van den ernst der taak, die hun wacht, dat zij hen tot mannen
zullen weten te vormen, waaraan juist de naaste toekomst zoo
groote behoefte zal hebben, mannen geneigd en bekwaam om de
gemeenschap met al hnnne krachten te dienen, mannen, die eerbied
en waardeering weten af te dwingen voor hunnen arbeid en die
zoo noodig ook pal zullen weten te staan bij de behartiging der
belangen van het dienstvak, waaraan zij hun lot hebben verpand.
T. Polêe.
VERSLAG VAN DE RIJKSCOMMISSIE VOOR GRAAD
METING EN WATERPASSING AANGAANDE HARE
WERKZAAMHEDEN OVER HET JAAR 1917.
Voldoende aan het voorschrift, door den Minister van Binnenlandsche
Zaken, bij beschikking van 11 Mei 1879, letter M, afdeeling Kunsten en
Wetenschappen, haar gegeven, heeft de Rijkscommissie voor Graadmeting
en Waterpassing de eer, aangaande hare werkzaamheden in het jaar 1917
het volgende te berichten.
Commissie.
De comissie had op den 21 Juni 1917 het verlies te betreuren van den
Hoofdingenieur-Directeur van den Rijkswaterstaat, den heer D. J. Steyn
Parvé, ambtelijk lid der commissie, de Hoofdingenieur van den Rijks
waterstaat, belast met den algemeenen dienst, de heer W. F. Stoel,
werd zijn opvolger.
Vergaderingen.
Ter bespreking van hare aangelegenheden vergaderde de commissie
eenmaal te 's-Gravenhage.
173
'j In eene volgende aflevering van den niejtwen jaargang van ons Tijdschrift hopen
wij hierop nader terug te komen. 'JPolee.