Ook onze huidige wetgeving huldigt het groote beginsel, dat rechten eindigen, waar hunne toepassing tot misbruik zou leiden. (Zie bijv. B. W. art. 677, 699, 715, etc.). Alle recht en dus ook dat van den grondeigendom moet in redelijkheid worden uitge oefend; krachtens dit hooge beginsel heeft dan ook niemand de schreeuwende onbillijkheden te verduren, welke een buurman uit louter plaagzucht binnen de naar hij meende veilige be scherming van zijne verticale grensvlakken mocht willen plegen. Dat zag de Procureur-Generaal verkeerd in aldus Prof. Suyling toen hij in de bekende Leeuwarder zaak (1891) voorstelde om een schutting te laten staan, welke door een buur man uit louter plagerij was opgericht. Ook buiten onze lands grenzen geldt deze regel en zoo beval o.a. het Hof te Palermo in 1890 de wegruiming van een muur, door den eigenaar op eigen grond enkel geplaatst om den buurman te hinderen.1) Binnen de verticale grensvlakken van den grondeigendom heeft alleen de eigenaar het beschikkingsrecht; art. 702 B. W. zegt dan ook uitdrukkelijk: «Alle gebouwen, schoorsteenen, muren, heiningen of andere scheidingen, welke, hetzij door ouderdom, hetzij uit anderen hoofde dreigen in te storten, en die het naburige erf in gevaar brengen, of over het zelve heen hangen, moeten afgebroken, opgebouwd of hersteld worden op de eerste aanmaning van den eigenaar des naburigen erfs.» Bij woordelijke interpretatie en strenge toepassing van dit wets artikel zou inderdaad in onze oude stadswijken al heel weinig overeind blijven staan; de wet toch stelt uitdrukkelijk naast elkander het in gevaar brengen van het naburige erf en het daarover heen hangen zooals Prof. Schol ten in N°. 255 1 van het Weekbl. v. Pr. N. R. door vergelijking met de desbetreffende bepalingen van vroegere wetsontwerpen aantoont. In beide gevallen kan dus afbraak worden gevorderd, wat weder tot schromelijke onbillijk heid zou leiden; vaak zal het voorkomen, dat muren na verloop van tijd ietwat uit het lood gaan hangen en daardoor de verti cale begrenzing van den grondeigendom doorsnijden; vaak ook komt het voor, dat nieuwe muren -- al is het dan ook wellicht slechts enkele centimeters over de eigendomsgrensworden 8 Themis, 1916, blz. 349.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1919 | | pagina 8