186 Werkzaamheden der Commissie. De bemoeiingen der Commissie betroffen in 1918: de basismeting de primaire driehoeksmeting de secundaire driehoeksmeting; de sterrekundige plaatsbepaling de slingerwaarnemingen de waterpassing. Driehoeksmeting. Personeel. Bij den aanvang van 1918 bestond het personeel voor de driehoeks meting uit de volgende personen de ingenieurs N. Wildeboer c. i.J. Canters c. i.Cd. H. Bijl c. i.; J. B. de Hulster c. i. en den schrijver H. Vuurman. Met ingang van 15 November 1918 werd tot rekenaar benoemd mejuffrouw R. E. Bongers. Basismeting. Zooals in het verslag over het jaar 1914 werd medegedeeld, achtten wij het toen niet raadzaam de definitieve lengte van onze basis in inter nationale meters vast te stellen, vóór dat een nader onderzoek van den internationalen meter, zou zijn volbracht. Wij hebben gemeend thans tot vaststelling van de basislengte te moeten overgaan, omdat uitstel daarvan het afwerken van de driehoeksmeting en van de daaruit, in verband met de verrichte astronomische waarnemingen af te leiden resultaten, in den weg staat, en het niet te voorzien is, wanneer de internationale toestand zal gedoogen, dat de reeds in 1914 eenigermate voorbereide vergelijkingen van de Nederlandsche meters met den inter nationalen meter, tot stand komen. De basis bij Stroe werd in 1913 gemeten met de meetstaaf van invar van de Fransche Service géographique de 1' Armee en met L als lengte van die meetstaaf bij O0 werd voor de op terreinshoogte gemeten basis gevonden xo8o L. 4- 436,9233 millimeter. Voor de basismeting zijn drie waarden van L van belang. Twee daarvan zijn bepaald in het Bureau international des Poids et Mesures te Sèvres, respectievelijk in April 1913 en in Mei 1914, de derde waarde is omstreeks 1 Januari 1914 te Delft bepaald door de Heeren H. G. van de Sande Bakhuyzen, N. Wildeboer en J. W. Dieperink. Volgens de rapporten van den directeur van het Bureau international, den Heer Be no it, werd de meetstaaf in April 1913, bij een temperatuur van rond io°, aan een onderzoek onderworpen tegelijk met een Engelsche meetstaaf van ongeveer dezelfde lengte. De meetstaven werden ieder

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1920 | | pagina 186