De Landmeter van het Kadaster J. Eggens is met ingang
van i Januari 1921 verplaatst van Heerenveen naar Deventer;
de Landmeter P. Rietsema van Appingedam naar Amsterdam
en de Landmeter A. A. Alferink van Amsterdam naar Ap
pingedam.
Met ingang van 1 September 1920 is tijdelijk verplaatst van
Rotterdam naar 's-Gravenhage de Landmeter van het Kadaster
E. Prinsen.
Met ingang van 1 November 1920 zijn benoemd tot Land
meter van het Kadaster en tijdelijk werkzaam gesteld in de
standplaatsen, achter hunne namen vermeld: J. F. Greve te
's-Gravenhage, W. J. M. Koole te 's-Gravenhage, T. R. Jonker
te 's-Gravenhage, A. Olie te 's-Gravenhage, J. H. Westerhuis
te Zutphen, G. S. J. van den Berg te Amsterdam, A. F. H.
Engbersen te Maastricht, M. A. Glerum te Amsterdam, P.
Alberda te Heerenveen, A. Pentinga te 's-Hertogenbosch, G.
J. Burger te Haarlem en A. A. Alferink te Amsterdam.
De Adspirant-landmeter J. A. M. aan den Dijk te de Bilt is
met ingang van 1 November 1920 werkzaam gesteld bij de her
meting te Zuijlen.
Met ingang van 21 September 1920 zijn aangenomen als
Candidaat-landmeter ter opleiding aan den Landmeterscursus aan
de Landbouwhoogeschool te Wageningen: K. Doekes te Nieuw-
dorp, M. H. Geerts te Assen, R. ten Oever te Zuidwolde, A.
Tichelaar te Leeuwarden, W. A. van der Werff te Haarlem,
F. Schuurman te Leeuwarden, R. Lunshof te Helder, R. F.
K. Libois te Maastricht, A. Kruidhof te Helmond en A. J.
Pasman te Zutphen.
Voor het examen aan het einde van het eerste studiejaar
aan den Landmeterscursus aan de Landbouwhoogeschool te Wa
geningen zijn geslaagd de Adspirant-landmeters P. J. van Een
denburg, H. Meindersma, J. F. Ilsen, W. Nikkels, W. van
Riessen, A. J. H. Meertens. C. G. Daleboudt en de Candi-
daat-landmeters F. Harkink, G. G. C. Kraan, Mej. M. J. Hüne
I q8