3ó dreven vrees voor staatsbemoeiing .deed daar de schaal overhellen tot het bestaande negatieve stelsel. Ook in de Staats-Commissie van 1906 kon het positieve stelsel geene meerderheid vinden, zij het ook, dat er eene sterke minderheid voor invoering van het Torrensstelsel was. Dit laatste stelsel echter werd in die Commissie, toen eenmaal princi pieel het positieve stelsel was afgestemd, niet aan een opzettelijk onder zoek onderworpen. Met hoeveel overtuiging de strijd door de voorstanders van het posi tieve stelsel dus werd gevoerd, practische resultaten werden tot nu toe niet bereikt. Thans echter is door de regeering aan den heer I. Boer Hzn., Inge nieur-Verificateur van het Kadaster te Arnhem, den ijverigen en eminenten strijder voor het positieve en met uame voor het Torrensstelsel, opdracht verstrekt tot het samenstellen van een ontwerp-grondboekverordening voor Suriname, waarin de beginselen van het Torrensstelsel zullen zijn ver werkt. Hiermede is dus een bres geschoten in de veste der verdedigers van het negatieve stelsel en is deze strijd een nieuw stadium ingetreden. Alvorens na te gaan, hoe de ontwerper zich voorstelt dit Torrens-stelsel voor de Surinaamsche maatschappij in te richten, is een kort historisch overzicht van den grondeigendom in die kolonie noodzakelijk. In Suriname is de grondeigendom geregeld overeenkomstig de beginselen van het negatieve stelsel. Echter is de openbaarheid waardoor de fouten van dit stelsel in Nederland nog zooveel mogelijk worden bedekt, in Suri name vrij fictief. Een Kadaster is er onbekend. Het hypotheek-kantoor, waar thans de acten worden ingeschreven, is eerstin 1869, na de invoering van het Burgerlijk Wetboek opgericht, zoodat vele onroerende goederen niet in de registers zijn vermeld, en kennisneming van de aan die goederen verbonden rechten onmogelijk is. Voeg daarbij de gebrekkige wijze, waarop de gegevens betreffende erfenissen ter kennisse van de Administratie komen, dan begrijpt men, dat van vele verlaten plantages de rechthebbenden ook met de meeste moeite niet zijn te vinden en dat volgens deskundigen zelfs in Paramaribo groote onzekerheid heerscht omtrent den omvang van ieders zakelijk recht. In de Kolonie worden gronden, waarop niemand anders rechten kan doen gelden, beschouwd het volledig onbezwaarde eigendom te zijn van het Gouvernement. Door dat Gouvernement wordt op vier verschillende wijzen grond aan anderen afgestaan en wel: in allodialen eigendom en erfelijk bezit. in erfpacht.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1920 | | pagina 30