ook een opvoeren der methoden bij dit gedeelte van het werk, b.v. door het zoeken voor aansluiting aan de gegevens der M. B. en evenzoo bij de détailmeting (toen nog gebaseerd op meet lijnenconstructies zonder polygonen). Latere hermetingen toonen hoe langer hoe meer accuraat uitgevoerde driehoeks-, veelhoeks- en detailmetingen, zij brengen «vastes-puntenverzekering, delimi tatie en verzekering der grenspunten en steeds uitgebreider veld werk; de uitbreiding en de ingewikkeldheid van hermetingsveld- werk zien wij zelfs te ver gaan.1) Zonder te kort te doen aan de nauwkeurigheid de in 1902 ingevoerde H. T. W. voerde deze op door voor te schrijven aansluiting aan punten van hoogere orde, vereffening volgens methode k. k., toleransen bij lengte meting, enz. wordt daarna bij hermetingen dan ook gestreefd naar vereenvoudiging door aanwending van doelmatige controle zonder overdaad, door weglating van sommige cultuurgrenzen of door deze eenvondiger vast te meten dan eigendomsgrenzen. Deze laatste handelwijze 2) is rationeel te noemen in zooverre, dat de cultuurgrens voor de grondbelasting, nog voldoend nauwkeurig bepaald wordt en ook eenigermate, wanneer men haar uit dit oogpunt beschouwt, dat, wanneer door overdracht een cultuur perceel, zonder dat er meting aan te pas komt, eigendomsperceel wordt, eene afwijking tusschen den kadastralen- en den bezits toestand van de grens op het moment van de overdracht (door plaats gehad hebbende veranderingen binnen het complex van eén eigenaar) eerder aanwezig kan zijn dan bij een grens, die steeds de scheiding vormde tusschen twee eigendommen, waar van er één wordt overgedragen, of anders gezegd, dat genoemde cultuurgrens, later bij het Kadaster grens tusschen twee eigenaren geworden, meer kans zal hebben af te wijken van de feitelijke eigendomsgrens dan eene, die als grens tusschen twee eigen dommen is opgemeten. Maar houdt men in 't oog, dat bij de tegenwoordige inrichting de kadastrale gegevens omtrent de grenzen in het algemeen de bewijskracht missen, dan lijkt het toch weer juist de gegevens voor de eene kadastrale grens niet 39 Een steenen paal langs een weg aan een veelhoekszijde opgemeten door eene loodlijn en twee transversalen, waarbij telkens voor- en achterzijde aangeteekend werd in c.M., eischte op een zeker veldwerk zes meetgetallen elk van drie cijfers. 2) Ook bij den gewonen dienst toegepast; men zie de aanschr. van 2 Dec. 1904 en van 24 Jan. 1906.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1920 | | pagina 39