6i trigonometrisch bepaalde punten te kunnen viseeren, terwijl bij polygoonmeting steeds het voorafgaand en het volgende veel- hoekspunt moet worden geviseerd. Het blijft een gewrongen methode om de vaste kenmerken juist in die driehoeks- en poly- goonpunten te willen plaatsen, het grootste aantal daarvan zal onder den grond terecht komen of zooal boven den grond, dan toch op plaatsen, die weinig kans bieden, dat ze daar ongestoord zullen kunnen blijven staan. Eenvoudige, direct op het doel af gaande detailmeting is lij dat stelsel bezwaarlijk te bereiken. In Duitschland heeft men dezelfde wijze van werken en is men alleen nog een weinig verder gegaan door voor te schrijven, dat de meetpunten, dat zijn de punten waar twee meetlijnen elkander ontmoeten, ook alle moeten worden verzekerd en dat in langere meetlijnen, als de afstand tusschen twee meetpunten meer dan 200 M. bedraagt, een nieuw kenmerk als tusschenpunt moet worden geplaatst. De bedoeling is niet alleen om van die verzekerde punten gebruik te maken bij de hermetingen zelve maar ook bij de bijhouding van het kadaster in de hermeten terreinen. In Duitsch land is dat beslist voorgeschreven in 141 van Anweisung II, men verlangt dat «zur Prüfung der richtigen Begrenzung der zu vermessenden Grundstücke und zur Wiederherstellung der etwa «fehlenden Grenzzeichen thunlichst die Messungslinien der Tjr- «vermessung benutzt werden. Zu diesem Zwecke sind im helde die «durch Drainröhren vermarkten Messungspunkte aufzusuchen und «zwischen ihnen die früheren Messungslinien wieder herzustellen.» Nu is het hermeten terrein in Duitschland procentsgewijze nog zeer klein en wordt het grootste deel daarvan nog ingenomen door de nieuwe metingen van geruilverkavelde gemeenten. Alleen in de laatste wordt geregeld en gemakkelijk aan bovengenoemd voorschrift voldaan, hetgeen zich wel begrijpen iaat. Maar ónze hermetingen zullen waarschijnlijk niet eerst door ruilverkaveling worden voorafgegaan, daarin zal het opzoeken van de meestal ondergrondsch verzekerde punten met groote bezwaren gepaard gaan. Uit de bepalingen in onze eigen Technische Voorschriften voor hermetingen blijkt wel, dat de samensteller gevoeld heeft, dat het tot heden gevolgde systeem voor het plaatsen van ken merken zijn gebreken had. Anders was toch niet noodig geweest daarin nog voor te schrijven«afstandspalen langs wegen, ver-

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1920 | | pagina 61