VERNIEUWING VAN HET KADASTER.
Papier.
Het kadaster bevat eene doorloopende geschiedenis van de
rechten op den grond. Het wordt daarom op de meest doel
matige wijze ingericht, indien het voortdurend, zonder vernieuwing,
kan worden bijgehouden. In een dergelijk kadaster hebben sommige
bescheiden slechts eene tijdelijke beteekenis. Dit geldt vooral de
boekhouding. Slechts weinige stukken doen daarbij langer dienst
dan een menschenleeftijd. Een goede boekhouding verjongt zich
zonder vernieuwing, alleen door bijhouding en afscheiding van
wat nog slechts geschiedkundige waarde heeft (kaartsysteem).
Anders is het gesteld met de bescheiden waarop de bewijs
kracht is gegrond van de gegevens die de begrenzing der rechten
bepalen. Ook de grenzen komen en verdwijnen, doch vele ervan
houden eeuwen lang stand. De bescheiden, waarbij hunne plaats
is bepaald, moeten dus ook eeuwenlang tegen den tand des tijds
bestand zijn. M. a. w. de processen-verbaal van grensregeling, en
de veldwerken, die de grenzen der eigendommen bepalen, mogen
niet aan het gewone vergankelijke papier worden toevertrouwd.
Het te bezigen papier moet grootere duurzaamheid bezitten dan
schier alle in gebruik zijnde papiersoorten. Ook bij de uit goede
grondstoffen vervaardigde papieren is dikwijls zooveel geofferd
aan eischen die met de duurzaamheid in strijd zijn, dat zij voor
het doel niet kunnen dienen. Tot die eischen behooren bijv. helder
witheid, fijne gelijkmatige bewolking bij doorvallend licht, ge
makkelijke radeerbaarheid.
Om het papier helderwit te maken wordt het krachtig gebleekt
met bijtende middelen (chloor), die den vezel der grondstof aan
tasten en verzwakken. Ook krijt en dergelijke stoffen, die den
weerstand van het papier tegen vouwen en scheuren zeer ver
minderen, worden daartoe in de grondstof gemengd.
Voor gelijkmatige bewolking en radeerbaarheid moet de vezel
uiterst fijn vermalen worden. Ook schijnt de katoenvezel een-ge
makkelijker radeerbare grondstof te leveren dan de linnen vezel
die veel sterker is. Het papier verliest na fijne vermaling aan
taaiheid, breekt gemakkelijk op de vouwen en is, bij gebruik te
velde, niet bestand tegen wind.
Bij het wasschen van linnen en katoenen stoffen werd in vroeger
g6