101
alsmede vermogensbelasting) en daarna geleidelijk tot alle eigendommen
worden uitgebreid.
Het is mogelijk, dat de eigen aangifte meer administratieve werkzaam
heden eischt dan een zuivere ambtelijke vaststelling, doch deze zijn juist
het grootst bij de eerste aangifte, welke ook het wetsontwerp eischt, terwijl
voorts niet over het hoofd gezien moet worden, dat deze werkzaamheden
(aangiftebiljetten, beschrijvingslijsten enz.) van zeer eenvoudigen aard zijn,
en dus veel minder kostbaar, dan de herzieningswerkzaamheden, waarvoor
de regeering het noodige personeel slechts door extra toelagen en goede
financieele vooruitzichten ter beschikking zal kunnen krijgen.
40. Scheiding van de grondbelasting en kadastrale dienst. Tusschen de
beide diensten bestaat onder de tegenwoordige wet een nauw verband.
Het kadaster moet echter niet alleen voldoen aan de eischen van den
grondbelastingdienst, maar ontleent zijn hoofddoel aan zijn beteekenis voor
de rechtszekerheid van den grondeigendom en de bevordering van het
grondcrediet. Die eischen, door de twee administraties gesteld, zijn steeds
tegenstrijdig geweest. Scheiding van de diensten van de Grondbelasting
en het Kadaster zou derhalve tot gunstig gevolg hebben, dat het kadaster
geheel kan worden ingericht naar de eischen, welke de grondeigendom en
het grondcrediet stellen.
Bij het stelsel van eigen jaarlijksche aangifte verdwijnt de belasting
grondslag uit het kadaster, en is de band tusschen beide diensten verbroken.
Bij ambtelijke vaststelling moet dat verband hersteld worden, tenzij men
zijn toevlucht neemt tot dubbele boekhoudingen wat zoo'n matelooze en
nuttelooze opdrijving van kosten zou beteekenen, dat wij niet ernstig ge
noeg tegen die consequentie kunnen waarschuwen. Wij veroorloven ons
hiervoor nader te verwijzen naar den brief, hierachter afgedrukt, welke
door ons aan Z. Exc. den Minister van Financiën werd verzonden.
Op grond van bovenstaande overwegingen nemen wij beleefd de vrijheid,
U Hoogedelgestrenge de vraag in overweging te geven, of het stelsel van
blijvende eigen jaarlijksche aangifte niet de voorkeur verdient boven de
ambtelijke vaststelling, waarop het ontwerp is gebasseerd.
Het Bestuur van de Vereeniging voor
Kadaster en Landmeetkunde.
W: Verhoeven.
H. Iwema, Secretaris.
W. Smit Jr.
Den Haag
Leiden V Maart '21.
Amsterdam