aflezing tot in zeer kleine onderdeelen van een randdeel mogelijk
maakt door aanwending van den trommelniicroscoop.
De rand wordt bij centesimale indeeling meestal verdeeld in
ll5 graden, waarmede de schroefhoogte overeenstemt, zoodat af
lezing op den schroeftrommel in 10 of 20" direct en schatting
in 2 of 5CC zonder eenige inspanning kan geschieden en afmatting
van den waarnemer langer uitblijft dan bij schatting met nonius
of afleesmicroscoop.
Vergelijkt men den tijd bij de Rijksdriehoeksmeting noodig
voor het stemmen van de microscopen met de randdeelen, voor
de indeeling van verschillen, voor de schatting op den trommel
in onderdeelen van seconden, met den tijd noodig vpor aflezing
van een afleesmicroscoop, als men met vluchtige schatting van
20cc voor grootere en 50" voor kleinere theodolieten volstaat, dan
is het voordeel natuurlijk bij de laatste.
Doch de practijk bij het kadaster wijst in beide gevallen in
omgekeerde richting.
De poging om de schatting in den afleesmicroscoop op te
voeren tot iocc leidt tot wikken en wegen, tot twijfel en herhaling
en kost veel tijd. Daarentegen wordt de schatting op den schroef
trommel in 2 of 5CC zonder inspanning in een oogwenk verricht
Hoogere nauwkeurigheid is zelden noodig, herhaalde stemming
slechts bij uitzondering gewenscht.
Bij de Duitsche Küstenvermessungen worden de trommel
microscopen slechts éénmaal per jaar vóór de reis geregeld.
«Geringe Fehler bis zu zwei Doppelsekunden lasse man bestehen»
(Handbuch der Küstenvermessungen vom Reichs Marine Amt.
Berlin 1906 Theil 1, Seite 39 u 40).
Bovenstaande overwegingen leiden tot de conclusie, dat bij het
kadaster met den trommelmicroscoop niet alleen nauwkeuriger,
doch ook vlugger gewerkt zal worden dan met den afleesmicroscoop
en ook door mindere inspanning dus mindere vermoeidheid de
lust in- en de voortgang van het werk worden bevorderd.
De werkelijke nauwkeurigheid der hoekmeting bij aanwending
van den trommelmicroscoop is geringer dan de onervarene ge
neigd zou zijn af te leiden uit de afleesmogelijkheid. Dit komt
door de reeds opgesomde oorzaken en bovendien door de onver
mijdelijke fouten in het viseeren. Men kan die beperken door
aanwending van een helderen kijker (groote objectiefopening bij
I 10