85 afdoende wijze de hoogteverandering-en kunnen blijken, die onze bodem in den laatsten tijd heeft ondergaan. Door D. H. S. Blaupot ten Cate c. i. werd in den winter van 1917 gedurende 12 dagen (23 Jan. 3 Febr.) bij gesloten water de waterstand in het Damsterdiep vergeleken met de in 1855 1859 gestelde hoogteverkenmerken. Geconstateerd werd, dat de water stand te Oosterhoogebrug gemiddeld ongeveer 10 c.M. en te Delfzijl ongeveer 5 c.M. lager was dan te Ten Boer ten opzichte van het Winschoterpeil, zooals dit op deze plaatsen iu de jaren 1855 1859 was bevonden te liggen. Het is vrij onwaarschijnlijk, dat dit verschil aan waterpasfouten zou zijn te wijten, daar ook in het Boterdiep werd geconsta teerd, dat de waterstand te Noorderhoogebrug ongeveer 9 c.M. lager was dan te Bedum. Nu liggen Oosterhoogebrug en Noorderhoogebrug op d§ helling van den Hondsrug, Ten Boer zoowel als Bedum in den polder (Oude Zeeboezem), terwijl Delfzijl vermoedelijk weer op een horst is gelegen. Zijn hier dus geen waterpasfouten in het spel en was de stand van het water in het Damsterdiep tijdens de waarnemingen inderdaad een waterpasvlak, dan zou de ongelijke ligging van het Winschoter Peil derhalve aan ongelijke bodembeweging moeten worden toegeschreven. Verder aannemende dat alle 3 plaatsen thans nog ten opzichte van den zeespiegel dalen, dan zou Ten Boer in 60 jaren 5 c.M. en dus per eeuw ongeveer 8 c.M. meer dan Delfzijf zijn gedaald en Oosterhoogebrug onge veer 8 c.M. minder. Wanneer voor Delfzijl op grond van het terponderzoek en de peilschaal waarnemingen aldaar eene seculaire daling van ongeveer 0,20 M. wordt aangenomen, dan volgt daaruit voor Oosterhoogebrug eene seculaire daling voor den tegenwoordigen tijd van 12 c.M. en voor Ten Boer eene van 28 c.M. Geheel onafhankelijk van den zeestand en in afwachting van de resultaten der nieuwe nauwkeurigheidswaterpassing kan ook deze door Blaupot tén Cate gevolgde handelwijze ons de bodem- bëwegingen van ons land leeren kennen. Wat de Peilschaalwaarnemingen ons leeren ten opzichte

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1921 | | pagina 89