wordt, dat alleen 's Maandags nieuwe perceelen mogen worden
gevormd, dan kan men dit bereiken door «Het tijdstip van deze
ontvangst wordt aangemerkt als dat van het ontstaan der nieuwe
perceelen» te vervangen door: «De nieuwe perceelen ontstaan op
den Maandag, volgende op den dag, waarop de staat bij den
bewaarder is ingekomen. Is die Maandag een christelijke feest
dag, dan treedt daarvoor in de plaats de eerstvolgende kantoor
dag. Die dag wordt mede op den Staat, N°. 75 aangeteekend.»
Het slot van het derde lid zou dan ook gewijzigd moeten
worden en b.v. aldus kunnen luiden:
«De bewaarder zendt de metingstukken uiterlijk binnen 10 dagen
na ontvangst aan den controleur».
Het tijdstip van de ontvangst wordt dan niet meer in het artikel
genoemd. Door het ontstaan der nummers op den Maandag
kunnen ook de oude nummers op dien dag nog gebruikt worden.
Met een extract legger van den Maandag kan een notaris dan
veilig zijn akten klaar maken voor de heele week en zélfs nog
voor den volgenden Maandag. Als artikel 99 in door mij aange
geven zin gewijzigd werd, zou het regel worden, dat 's Maandags
morgens het eerste werk aan de bewaringen zou zijn: de bij
werking van de registers N°s. 71, 69 en 69a Van den ouden
toestand zou dan op den Maandag geen extract of inzage meer
worden gegeven.
Dat alléén bij de akten van hypotheekstelling en niet bij die
van eigendomsoverdracht zich in de praktijk moeilijkheden voor
doen bij het voldoen aan het voorschrift van art. 37 N. W„ vindt
zijn grond in art. 120 4e. lid. I. K. luidende: «het indienen van
een akte van rectificatie kan niet gevorderd worden, wanneer in
een akte nummers voorkomen, welke veranderd zijn, doch welke
verandering nog niet aan de belanghebbenden is medegedeeld.»
Algemeen wordt aangenomen, dat de veranderingen geacht worden
aan de belanghebbenden te zijn medegedeeld na afloop van de
tervisieligging der Staten N°. 75 ten gemeentehuize, dat is tegen
woordig 1 Mei. Ook voor notarieële akten wordt art. 120 4e. lid
als geldend toegepast. De notaris wordt er door gevrijwaard
voor de in art. 37 N. W. tegen hem geeischte boete, wanneer hij
in een akte een pas vervallen nummer gebruikt. De akte is
rechtsgeldig, al is niet voldaan aan het wetsvoorschrift. Praktisch
is het wel, thans art. 120 4e lid ook op notarieële akten van
120