met den Redacteur, verzonden uitnoodigingen om medewerking
werden allen zeer ten genoege van de afzenders iugewilligd-
Te dezer plaatse moge dan ook den op den omslag van het
Tijdschrift vermelden heeren medewerkers voor de door hen
betoonde belangelooze bereidwilligheid nog een openlijk woord
van dank worden gebracht.
Ten aanzien van het voorgestelde wetsontwerp op de grond
belasting heeft het Bestuur, zooals den leden trouwens reeds
bekend is, den Minister van Financiën, onmiddellijk na zijn op
treden, zoowel mondeling als schriftelijk, de meening der Ver-
eeniging doen kennen. Later, n.l. in het verslag van de gehouden
besprekingen naar aanleiding van het rapport der reorganisatie
commissie, vond het Bestuur nog gelegenheid, Z. E. opnieuw te
wijzen op de wenschelijkheid, de eigen aangifte als grondslag"
van heffing der grondbelasting te nemen, voor welk denkbeeld
de Vereeniging zich op de laatste vergadering unoniem uitsprak.
Het wetsontwerp is evenwel in het afgeloopen zittingjaar niet
meer in behandeling gekomen, waaruit in verband met de prijs
daling van den grond afgeleid mag worden, dat de kans op in
voering sterk is verminderd.
Het Beroep van het Bestuur op de leden, om meer zichtbare
blijken van belangstelling voor de ruilverkaveling aan den dag
te leggen, heeft tot heden niet tot het gewenschte resultaat ge
leid. Wel ontving het Bestuur, ook na zijn laatste mededeeling,
nog bericht, dat enkele leden lid van de eene of andere afdeeling
zijn geworden, maar van de oprichting van nieuwe afdeelingen,
als gevolg van aansporing daartoe door leden der Vereeniging,
kwam het Bestuur niets ter oore.
Het wetsontwerp op de ruilverkaveling heeft de Tweede Kamer
nog niet bereikt, doch uit goede bron vernam het Bestuur, dat
het Departement van Landbouw van meening is, dat het in het
nieuwe zittingjaar spoedig zal worden ingediend. Moge dit inder
daad het geval zijn!
Met ingang van i Mei j.l. werd onze Voorzitter tot Ingenieur-
Verificateur benoemd, als gevolg waarvan hij de hem zoo uit
stekend toevertrouwde leiding der Vereeniging niet langer
kon blijven voeren. De beide andere bestuursleden achtten voor
de rest van het jaar aanvulling der vacature door middel van
een referendum niet noodzakelijk, verklaarden zich evenwel be-
i3i