150 Evenals de electromagnetische energie heeft ook het licht dus massa, of het bij zijne duizelingwekkende snelheid 300,000 K.M. per sec. ook gewicht zal hebben en dus meer of minder aangetrokken zal kunnen worden, hangt af van de kracht van het doorloopen gravitatieveld. Reeds Newton stelde naar aanleiding van zijne emissie theorie de vraag of het licht den invloed van de zwaartekracht zou kunnen ondervinden en volgens de relativiteits-theorie van Einstein moet de door de zwaartekracht te veroorzaken afwijking van het licht zelfs tweemaal grooter zijn, dan volgens Newton kon worden verwacht. In ons zonnestelsel is alleen het gravitatieveld der zon in staat de lichtstralen belangrijk te doen krommen, evenals onze aarde den afgeschoten kogel zijn parabolische baan doet doorloopen en volgens Einstein zal nu een langs den zonnerand voort ijlende straal van het licht eener ster 1 ".75 van zijne oorspronke lijke richting af moeten wijken, terwijl deze afwijking volgens het standpunt van Newton o".87 zou kunnen bedragen. De resultaten bij de zonsverduistering van 1919 verkregen schijnen te pleiten voor de theorie van Einstein, daar uit de waarnemingen te Sob ral in Brazilië een bedrag volgde van i".g8 o". 12 en uit die op het eiland Principe van 1T52 o".3 of gemiddeld juist het berekende Einstein-effect van 1 ".75 daar staat echter tegenover dat te So bral met eene andere, doch vermoedelijk minder betrouwbare installatie, als resultaat o".95 o".3 werd verkregen, wat weer meer lijkt op de Newtonsche afwijking. De zonsverduistering van 21 September 1922 zal nu moeten leeren, welke van beide theorieën zal moeten worden gevolgd, want dat er merkbare afwijking plaats vindt en het licht dus gewicht heeft, staat reeds vrijwel buiten twijfel. Een pondje verhandelbaar bijv. electrisch licht is echter zeer duur; volgens Prof. Eddington zou het ongeveer 1,5 milliard gulden kunnen kosten. De zon schenkt ons echter dagelijks 160 ton kosteloos. Ter waarneming van de zonsverduistering van 21 Sept. j.l. heeft o.a. eene Nederlandsch-Duitsche expeditie post gevat Hemel en Damkring, Jaargang 1922, blz. 189.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1922 | | pagina 150