zo
Kartographie.
Geschiedenis en methoden der kartographie en
topographie.
Cultuurtechniek.
a. Bevloeiing. Overzicht van bevloeiing in verschil
lende landen. Doeleinden van bevloeiing. Bevloeiings-
wijzen. Drainage. Waterontleening. Grondslagen voor
bevloeiingsplannen. Waterbeheer.
b. Weg- en Waterbouwkunde. Algemeene waterbouw
kundige onderwerpen. Grondwerken, oeververdediging,
fundeering. Verkeers- en transportmiddelen.
c. Ontginning. Ontginning van hoogveen, moeras en
heidegrond, gebruik van woelklei, terpaarde en slib.
(Excursies.)
d. Afwatering van den bodem en Polderbemaling. Be
handeling van verschillende afwateringsgebieden.
Drooglegging en drooghouden van polders.
Bemalingswerktuigen. Drainage.
Agrogeologie.
Wording, samenstelling en eigenschappen der voor
naamste grondsoorten in Nederland. (Excursies.)
Voor
drachten
i u. B
Oefeningen
2 u. A
2 u. B
2 U.
na Paschen.
2 u. B
i u. A
2 u. B
Houtteelt en Boschrenterekening.
De in den boschbouw gebruikt wordende houtsoorten.
Overzicht van de houtteelt en van het boschbedrijf.
Grond, kapitaal en arbeid in het boschbedrijf. Rente
rekening en rentevoet. Waarderekening van den grond,
van den opstand en van het bosch als bedrijfsobject.
Rentabiliteitsrekening.
Akker- en Weidebouw.
Reproductieorganen. Zaaien en poten der landbouw
gewassen. Verpleging en oogst der landbouwgewassen.
Bewaren van oogstproducten. Belangrijke gewassen
voor het bouwland. Weidebouw.
Sociale statistiek.
Theorie der statistiek.
i n. B
i u. B
2 u. A
2 u. B
(voor zoover
noodig)
i u. B