de aanvrager of zijn gemachtigde niet kan schrijven noch zijn naam kan zetten, (art. 3). De President van den Landraad stelt op het ingediend ver zoekschrift of op de van het mondeling gedaan verzoek gehouden aanteekening, onmiddelijk een bevelschrift, waarbij wordt gelast, dat het verzoek in de Desa, binnen wier gebied de grond ge legen is, zal worden afgekondigd, door middel van aanplakking en mondelinge bekendmaking in de landstaal, (art. 5) op welke aankondiging tevens moet staan de mededeeling, dat ieder be voegd is, binnen drie maanden na de aankondiging, zich tegen de toewijzing van het verzoek te verzetten, (art. 6). Binnen 14 dagen na het inkomen van het verzoekschrift bij den President van den Landraad, is de Griffier van den Land raad verplicht een authentiek afschrift te zenden aan het Hoofd van het Plaatselijk Bestuur, die een Ambtenaar aanwijst, die voor de afkondiging en aanplakking in de Desa moet zorgen, binnen een maand na die aanwijzing, (art. 7). Van deze afkondiging wordt schriftelijk verslag uitgebracht aan het Hoofd van het Plaatselijk Bestuur, dat het onmiddelijk doorzendt aan den President van den Landraad, (art. 8). Op het verzoekschrift kan geen uitspraak worden gedaan dan na verloop van drie maanden, nadat de afkondiging is geschied, gedurende welke termijn een ieder bevoegd is, om zich tegen de toewijzing van het gedaan verzoek te verzetten, (art. 9). Dit verzet kan gedaan worden zoowel schriftelijk als mondeling, zoo wel bij den Ambtenaar met de afkondiging belast, die daarvan proces-verbaal opmaakt, als bij den Griffier van den Landraad, die van het proces-verbaal of wel van de bij hem ingebrachte bezwaren aanteekening houdt in een register, (art. 10). Indien er verzet is aangeteekend, bepaalt de President van den Landraad den dag, waarop de zaak voor den Landraad zal be handeld worden, en doet dien aan partijen aanzeggen, met last om zich te doen vergezellen van de getuigen, die zij wenschen te doen hooren, en de schriftelijke bewijsstukken mede te brengen, waarvan zij zich willen bedienen. Er volgt eene gewone proce dure als is voorgeschreven bij het Reglement op de uitoefening der burgerlijke rechtspleging onder de Inlanders op Java en Madoera. Indien het verzet gegrond is bevonden, dan wordt het verzoek tot uitwijzing van het gebruiksrecht afgewezen, (art. 11). 24

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1922 | | pagina 24