28
komt, waarin de ambtenaarspositie weer meer begeerd zal worden,
en 't zou toch al te gek zijn, als er weer, als vroeger bij 't adspirants-
examen, go candidaten voor 10 plaatsen kwamen.
Dit is het grootste bezwaar der tegenwoordige lange proef
periode, dat men ieder die zich aanmeldt, moet aannemen. Als
voorbeeld ter illustreering der toestanden, die uit dit ontbreken
van toelatingseischen kunnen ontstaan, denk ik mij 't geval van
een vader, die zijn zoon, als volontair op een kadasterkantoor,
wat oppervlakkige landmeetkundige kennis op laat doen, en hem
's avonds iessen laat geven. Na afloop der 10 maanden na al of
niet aan het vergelijkend onderzoek te hebben deelgenomen, ver
trekt zoonlief naar Indië, waar de opgedane kennis voorwaarde
was voor 't verkrijgen der al een jaar in 't vooruitzicht gestelde
betrekking van opzichter op een plantage.
Iets dergelijks brutaals zal wel zelden voorkomen. Toegegeven.
Maar één keer is al te veel, en in elk geval de mogelijkheid bestaat.
Voorwaarde voor toelating tot de studie in Wageningen is
aanleg en geschiktheid. Welnu: aanleg en gesehiktheid worden
niet aangeleerd. Ze bestaan, of ze bestaan niet. De taak van den
leidenden landmeter is, die eigenschappen te constateeren, en niet
ze te scheppen. En als ze niet bestaan, is de tijd, nadat dit feit
geconstateerd is, door den leeraar aan den leerling besteed, ver
loren. En bestaan ze wel, dan zijn er geen 10 maanden noodig,
deze toch niet erg verscholen hoedanigheden te «ntdekken. Men
moet dus de jongelui, die na een veel korter periode dan 10 maanden
de gewenschte kwaliteiten niet vertoonen, van de kantoren ver
wijderen. Deze lange periode geeft geen grooter zekerheid van
beoordeeling. Ook zal menig landmeter, na zoo'n lange voor
bereidingsperiode, uit gevoelsoverwegingen, in een twijfelgeval
terugschrikken voor 't woord ongeschikt, dat zijn candidaat on
geveer een jaar achteruitzet, en liever de beslissing laten aan
de commissie, die toch uitzoeken, d.i. uitsluiten moet. Iets derge
lijks (als dat verwijderen) had vroeger ook bij 't adspirantsexamen
plaats, toen aan jongelui, die een bijzonder slecht schriftelijk
examen gedaan hadden, de raad gegeven werd, niet aan het
mondeling examen deel te nemen. Toen werd alleen een raad
gegeven, nu zou m.i. beslister optreden noodig zijn.
Ook voor de candidaten is 10 maanden te lang. Ze houden
zich overdag bezig met landmeetkundig kadastraal werk, (wat