34
nader te bezien. Wel behandelt het wetsontwerp alléén de begin
selen- en wordt aan een te ontwerpen algemeenen maatregel van
bestuur overgelaten, die beginselen uit te werken en de noodige
voorschriften te geven, waarnaar publiek en ambtenaren zich
zullen hebben te gedragen; misschien is het daardoor juist moge
lijk, dat vanuit de praktijk gegeven wenken worden gevolgd bij
het opstellen van dien maatregel van bestuur.
Laten we even in hoofdtrekken nagaan, hoe op het oogenblik
de wettelijke bepalingen omtrent de levering en bezwaring van
schepen zijn.
Art. 309 bepaalt, na eerst nog verklaard te hebben, dat schepen
roerende goederen zijn: «Echter kan de levering van zeeschepen,
hetzij geheel of bij gedeelten, niet anders geschieden, dan bij
akte, overgeschreven in de daartoe bijzonderlijk bestemde open
bare registers.»
Art. 310 t/m. 312 bepalen de wijze van verkoop van schepen
in het buitenland aan vreemdelingen, van gerechtelijken verkoop
en van den overgang van den eigendom onder de lasten en be
houdens de voorrechten, in volgende artikelen vermeld. Volgens
art. 319 is de verkooper verplicht, aan den kooper opgaaf te
doen van alle bevoorrechte schulden.
In art. 313 wordt een lange reeks bevoorrechte schulden opge
noemd, terwijl volgens art. 315 na die wettelijk bevoorrechte
schulden nog bevoorrecht zijn:
i°. De onbetaalde kooppenningen, benevens de renten over
de laatste twee jaren.
20. De inhoud van pand- of verbandbrieven op het schip.
Deze schulden zijn slechts bevoorrecht, als ze bij akte bedongen
zijn, houdende het beloop der schuld en rente, en ingeschreven
in het register, in art. 309 vermeld. De rang dezer bevoorrechte
schulden wordt geregeld door den dag der inschrijving.
Zijn de hiervoor genoemde bepalingen blijkens het opschrift
van den titel alléén toepasselijk op zeeschepen, art. 748 be
paalt, dat schepen, die de rivieren en binnenwateren bevaren en
tevens van fouten 's lands komen of naar buiten lands be
stemd zijn, als zeeschepen worden beschouwd, waarop toepasselijk
zijn de bepalingen der vorige titels, dus ook die van art. 309 en
volgende.
Art. 750 bepaalt, dat op de binnenschepe7i de voorschriften van