in het buitenland, kan in het eerste geval de hoogste ambtenaar
van het burgerlijk bestuur ter plaatse, waar de handeling is ver
richt, en in het tweede geval de consulaire ambtenaar, binnen
wiens ressort de handeling is verricht, op verzoek van partijen,
telegrafisch eene voorloopige boeking vragen. Deze verliest haar
kracht, indien zij niet binnen zes maanden door eene definitieve
boeking is gevolgd.
In het scheepsregister zal het schip dus voorloopig tenaamge-
steld worden van den verkrijger, de noodige aanteekeningen zullen
moeten doen zien, dat de boeking nog niet definitief is. Op den
ouden eigenaar zal eveneens moeten blijken, dat deze het schip
misschien even terug op naam zal krijgen, wanneer binnen 6 maanden
niet ingekomen zal zijn de akte, in art. 315 2e lid bedoeld.
De algemeene maatregel van bestuur zal wel eenige voorschriften
bevatten omtrent den inhoud van het telegrafisch verzoek.
De voorschriften van art. 315 en 316 zullen wel opgevolgd
worden, daar de nieuwe eigenaar te veel belang heeft bij be
hoorlijke tenaamstelling, om die zaak niet in de puntjes in orde
te doen maken. De wetgever wil, dat ook de overgangen, anders
dan door overdracht beslist in het scheepsregister zullen worden
aangeteekend en zelfs zal in het wetboek van strafrecht bij het
voorstelde art. 447bis een strafbepaling in het leven worden ge
roepen voor het niet voldoen aan het voorschrift van art. 317.
Dit luidt aldus: «Indien de eigendom van een in het scheeps
register ingeschreven schip of van een aandeel daarin is over
gegaan anders dan door overdracht, of indien het vruchtgebruik
is verkregen of overgegaan anders dan door vestiging of over
dracht, is de verkrijger verplicht zijne rechtsverkrijging binnen
6 maanden in het scheepsregister te doen boeken met inacht
neming van de voorschriften, daaromtrent te geven in den alge-
meenen maatregel van bestuur, bedoeld in artikel 314».
Volgens nieuw art. 447 bis "W. v. Str. kan hij, die niet aan de
verplichting, opgelegd in art. 317, voldoet, gestraft worden met
een boete van ten hoogste duizend gulden.
(Als voorbeelden van overgangen zonder overdracht kunen we
noemen: erfopvolging en huwelijk).
Ook geheel nieuw is de bepaling van art. 318: «Indien in
rechte een bevel tot boeking of tot aanvulling, wijziging of door
haling eener inschrijving wordt gevorderd, kan aanteekening van
43