Een man met een hart van goud, een immer hulpvaardig
collega, een onvermoeide strijder voor recht en billijkheid, een
noeste werker zijn in hem heen gegaan.
Hij ruste in vrede.
BERICHTEN.
Bij Koninklijk Besluit van 6 Maart 1922, N°. 53, zijn met
ingang van 1 Mei 1922 benoemd tot ingenieur-verificateur van
het Kadaster.
a. te 's-Hertogenbosch, F. H. A. J. Bin gen, thans in gelijke
betrekking te Assen;
b. te Assen, C. H. B. de Kor ver, thans landmeter van het
Kadaster te Alkmaar.
Met ingang van 1 Mei 1922 zijn verplaatst de landmeters:
J. G. Cornelissen van Dordrecht naar Alkmaar;
T. D. Kiers Zierikzee Dordrecht;
H. J. Arnold Leiden Zierikzee;
C. Noltée Dordrecht 's-Hertogenbosch.
Aan den adspirant-landmeter van het Kadaster B. Veenstra te
Utrecht, is met ingang van 20 Februari 1922 eervol ontslag verleend.
Het examen voor teekenaar van het Kadaster is in het laatst van
Maart begonnen. In de examencommissie hebben zitting:
Th. L. Kwisthout, ingenieur-verificateur van het kadaster te
Zutphen, tevens voorzitter;
P. D. T. Teebaal, landmeter van het Kadaster te 's-Gravenhage;
P. Pet er se, teekenaar van het Kadaster te 's-Gravenhage, tevens
secretaris.
De teekenaar van het Kadaster J. J. F. Magdelijns tijdelijk te
Rotterdam, is met ingang van 1 Maart 1922 weder te Maastricht
geplaatst.
Met ingang van 1 Mei 1922 zijn verplaatst de teekenaars:
Mejuffrouw W.M.E. Keeser van Breda naar's-Gravenhage;
C. So bel Groningen Zutphen.
J.A.Meindersma 's-Gravenhage Breda.
68
