van de Staatscommissie in zake Registratie enz. van 1906 waar zij zegt op blz. 32 van haar verslag, 2e ged., «dat de k. a. slechts een nadere aanduiding van het object der rechtshandeling is, niet een bindende verwijzing naar de grenzen, welke daarvoor bij het kadaster worden aangenomen», en dat volgt ook uit de bewoor dingen van de wet en van de wijzigingen daarin door de com missie ontworpen. In art. 1219 B. W. en 67 ia, ]2o/> v. h. Ontwerp B. W. wordt gezegd, dat de ligging van de onroerende zaak in de akte moet worden aangeduid door vermelding van hare kadastrale indeeling en in art. 37 Wet op het Notarisambt en ontwerp wet staat, dat de gebouwde en ongebouwde eigendommen in alle akten zullen worden aangeduid door opgave van gemeente, sectie en nommer, waaronder elk perceel kadastraal bekend is. De k. a. is alzoo niets meer dan een aanduiding van de Uggmg van het verhandelde goed, hare beteekenis zal ook na de invoering van de ontworpen wetswijzigingen niet veranderen en moeten blijven uitgelegd zooals de Staatscommissie dat in boven aangehaalde bewoordingen deed. Wanneer daarom een der Praeadviseurs beweert op de ver gadering der Notarieele vereeniging van Sept. 1900, dat door de samenstellers der k. a. maar klakkeloos wordt aangenomen, dat eenige afscheiding op het terrein tevens is de grens tusschen twee kadastrale perceelen, dan wordt daarmede getracht de schuld te brengen waar ze niet ligt. Wanneer een notaris door ver gelijking op het oog van kaart en terrein meent te kunnen zien, dat een op het terrein aanwezige grens dezelfde is als die welke op de kaart staat en hij richt daarnaar zijn k. a. in, dan doet hij wat van hem in de wet wordt gevorderd en voor kleine fouten in die k. a. is niet hij in gebreke maar het kadaster. Die instel ling zelve is hetwelke dan maar klakkeloos aanneemt, dat de grens op de kaart dezelfde is als de nieuwe eigendomsgrens op het terrein. Het kadaster werkt ook ganschelijk niet rationeel: wanneer de akte zegt, dat van een kadastraal nommer een gedeelte is ver kocht en al staan ook alle noodige maten in de akte of al is er een gewaarmerkte kaart op groote schaal bij, waarvan de maten kunnen worden uitgepast waarmede de nieuwe eigendomsgrens in de kadastrale kaart zou kunnen worden gekaarteerd, dan gaat io8

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1923 | | pagina 108