lijken rechter eene uitspraak te verkrijgen over de vraag, of hij is benadeeld, en eventueele toewijzing eener schadevergoeding, die uitsluitend in geld mag bestaan. Door een en ander zou het regeeringsvoorstel aanmerkelijk vereenvoudigd kunnen worden. Zooals het thans luidt maakt het den indruk alsof eene regeling voor vrijwillige ruilverkaveling voorzien is met enkele dwingende bepalingen. Spr. wijst er voorts op dat het voorstel zoo weinig soepel is en voor onbeteekenende landverleggingen denzelfden gang van zaken voorschrijft als voor uitgebreide ruilverkavelingen. Hij zou wenschen dat voor kleine ruilverkavelingen met de aanwijzing van één landbouwdeskundige werd volstaan. Met de uitvoering zouden landmeters van het Kadaster belast moeten worden, voor wie geen salaris aan belanghebbenden in rekening gebracht moet worden, omdat de kadastrale meting daardoor wordt uitgespaard. De omslag der kosten over belanghebbenden naar den maat staf van de waarde der opgenomen onroerende goederen is niet billijk. Die waarde toch is zelden evenredig aan het voordeel, dat belanghebbenden van de ruilverkaveling hebben. Bij wijze van correctief zou aan de Centrale Commissie bevoegdheid ge geven moeten worden om van dien regel af te wijken. Spr. eindigt met de hoop uit te spreken dat de wet spoedig, maar niet ongewijzigd, tot stand komt. Na de pauze werd gelegenheid tot debat gegeven, waarvan verschillende aanwezigen gebruik maakten. De meeste woord voerders bleken zich evenwel met de door den inleider ontwikkelde hoofdbezwaren tegen het wetsontwerp te knnnen vereenigen. HET KADASTRALE VRAAGS I UK IN NEDERLANDSCH-INDIË. VII. Agrarische Regelingen. Afstand met het Recht van Opstal. Men is hier in Indie zoo gewend aan het feit, dat alleen het Gouvernement R. v. O. vestigt en wel op domeingrond en aan- 118 Zie Tijdschrift voor K. en L. Jaarg 1922, blz. 122.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1923 | | pagina 118