door terstond eene vrij goede afbeelding van het terrein werd verkregen, wanneer dit slechts vlak was. Ook Thiele in Rusland bepaalde zich tot de opneming van vlakke terreinen; in 1899 maakte hij gebruik van de «panora- mograaf», bestaande uit eene zevenvoudige camera, waarvan de eene loodrecht naar beneden, de 6 andere echter onder een helling van 30° fotografeerden. Uljanin in Rusland gebruikte eene tweevoudige camera. Gelijktijdig met Thiele maakte ook Scheimpflug in Oosten rijk gebruik van een meervoudige camera, waarvan de eene verticaal naar beneden, de andere onder een helling van 450 daaromheen fotografeerden. De camera was 8 voudig en de panoramabeelden der 7 hellende platen werden in de «fotoper- spectograaf» van Scheimpflug-Kamm erer het eerste «Ent- zerrungsapparat» herleid tot verticale opnamen. De aldus gefotografeerde oppervlakte was ongeveer 15 maal zoo groot als eene enkele verticale opname. Aangezien elke luchtfoto, onder een bepaalden hoek genomen, in projectief en perspectivisch verband staat met het gefotografeerde terrein, is het punt van opname in de lucht te bepalen, indien de coördinaten van mede gefotografeerde triangulatiepunten op het terrein bekend zijn. Hiermede betreden wij derhalve het gebied der «fotogram metrie». Worden nu twee beelden gemaakt van hetzelfde terrein uit 2 verschillende punten in de lucht dan vormen deze beelden eene stereoscopische opname, waarvan de grootte der luchtbasis de meer of minder stereoscopische werking bepaalt. Deze beelden beschouwd in verband met bekende triangulatiepunten vormen den grondslag voor de «stereofotogrammetrie». Op de bruikbaarheid der ver van elkander liggende gondels der luchtschepen voor gelijktijdig ten opzichte van elkander ge oriënteerde stereo-opnamen werd door Prof. Dolezal gewezen. De ontwikkelingsgang doet vermoeden dat in de toekomst de luchtfotografie eene groote rol zal spelen voor topografische doel einden. Als practische toepassingen kunnen worden genoemd: i°. Het in kaart brengen van onbekende oorden. 2°. Het verbeteren van bestaand kaartenmateriaal. 13

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1923 | | pagina 13