43
De scherpe bochten worden eruit gehaald, bestaande leidingen
verbreed enz., de ontstane overhoeken worden met de dichtge-
werkte bochten bij de aangrenzende perceelen gevoegd.
Bij het maken van het plan en de latere uitvoering loopt nu
eerst een ingenieur door het veld, om de geheele zaak te meten;
daarna komt de cultuurtechnicus, om in overleg met den ingenieur
het verbeteringsplan op te maken en de draagkracht der lande
rijen te taxeeren; daarna komt de Ned. Heide Mij. of een ander
lichaam de zaak uitvoeren; daarna komt de landbouwconsulent,
om aan de boeren te wijzen, wat er met het ontwaterde land
moet gebeuren; daarna komt de landmeter, die doet alsof er nog
niets gemeten is en meet de geheele zaak opnieuw in. Is dan
tenslotte een landbouwer er wat vroeg bij, om van den verbeterden
toestand te profiteeren en heeft deze reeds een huis gebouwd of
een stuk heideveld ontgonnen, dan komt nog de controleur van
de Grondbelasting, om het huis of het perceel door vergelijking
te taxeeren. Men heeft bijna een extratram noodig om al deze
ambtenaren, die voor een deel hetzelfde werk doen, te vervoeren.
Is nu de landmeter cultuur-ingenieur, dan kan in de meeste
gevallen het opmaken van het plan en het in orde brengen van
de nieuwe kaarten en acten geheel aan hem worden opgedragen.
Hij treedt dus in de plaats van den ingenieur, den cultuurtech
nicus en den landmeter, waardoor dubbel werk voorkomen wordt.
Wat bij de ruilverkavelingswet mogelijk is, is het ook bij de
verbetering van de stroompjes, die in de meeste gevallen met
ruilverkaveling gepaard zal moeten gaan.
Daar alles toch in overleg met den Prov. of Rijkswaterstaat
zal moeten geschieden, kunnen eventueele moeilijker kwesties,
zooals spoorwegbruggen, groote grondduikers, schutsluizen of
grootere bemalingen, door die bureaux worden uitgewerkt.
Afgezien van het verbeteren van een geheel riviertje zal het
vaak voorkomen, dat een landmeter, indien hij cultuurtechnisch
ontwikkeld is, ook reeds bij zijn gewone werkeen goeden
invloed kan uitoefenen, om te voorkomen dat ongunstige per-
ceelsindeelingen worden gevormd. Waren de landmeters tijdens
de uitvoering van de Markenwet cultuurtechnisch ontwikkeld
geweest, dat zouden door hun moreelen invloed vele ver
kavelingen er geheel anders uitgezien hebben, dan nu het
geval is.