schappen, wegschappen, veenschappen, polders enz; de inrichting
van waterschappen en de verdeeling der lasten in de waterschappen.
Van de andere agrarische wetten noem ik nog de Wet op de
bevloeiingen, Iandarbeiderswet, coöperatie-wet en verschillende
belastingwetten w.o. vooral de wet op de grondbelasting.
Is de tegenwoordige opleiding voldoende?
Wanneer men vergelijkt de opleiding, die de toekomstige land
meters op het oogenblik hebben, met de eischen die aan cultuur
ingenieurs in de practijk worden gesteld en welke ik globaal heb
getracht te schetsen, dan valt, enkele kleinere dingen daargelaten,
direct op, het ontbreken van nog een schakel, nl. het gemis aan
kennis van den grond, dus van de phvsische, chemische en
biologische eigenschappen van den grond. Dat mist hij en daar
door ook een goed inzicht in het landbouwbedrijf als geheel.
Iemand wordt geen chirurg, of hij moet eerst arts zijn; wil
iemand als landbouw-chirurg optreden, dan moet hij beginnen
met landbouwkundige te zijn.
Nu heeft men bij de opleiding der landmeters, in verband met
de uitvoering der ruilverkavelingswet, eenmaal A gezegd en m.i.
zeer terecht, maar nu moet men die wet niet in gevaar brengen,
tot schade zoowel van het algemeen, als ook van het corps, door
aan de ambtenaren met de uitvoering der wet belast, een niet
geheel voldoende opleiding te verschaffen. Men moet m.i. nu
ook B. zeggen en de landmeters opleiden tot landbouw-ingenieur.
Ik stel me dat aldus voor.
Een jonge man gaat naar Wageningen studeeren; eindexamen
H. B. S. in den zak en met een gezonde dosis practischen zin in
het hoofd.
De propaedeuse kan zonder bezwaar voor alle richtingen dezelfde
gemaakt worden. Gevoelt de jonge man nu lust tot het vak van
cultuur-ingenieur-landmeter, hetzij voor Europa, hetzij voor de
Tropen, dan kiest hij de richting Nederlandsche Landbouw resp.
Koloniale Landbouw. Deze richtingen worden nu reeds verdeeld
in vier resp. drie onderdeelen. Nu zal het wellicht noodzakelijk
zijn, daaraan een vijfde resp. vierde richting toe te voegen nl
de richting Landmeten-cultuurtechniek. Hetzelfde geldt voor de.
ingenieursstudie.
53
