7°
geweigerd, omdat zij meenden niet daartoe te kunnen worden
gedwongen. Deze meening wordt thans, voor zoover mij be
kend is, sedert lang door geen bewaarder meer gedeeld. Men
neemt algemeen aan dat, waar het doen van aanteekeningen
niet verboden is, en het publiek de aanteekening in zijn belang
verlangt, de bewaarder verplicht is, deze aanteekening te doen.
Bij het ontbreken van voorschriften kon de bewaarder de
stukken vragen, die hij tot dekking van zijn eigen verantwoor
delijkheid noodig oordeelde; thans kan de Minister uitmaken, hoe
de verantwoordelijkheid van den Staat moet gedekt worden.
Op drie verschillende manieren werd tot nu toe aangeteekend.
1. Vroeger werd door sommige bewaarders inlevering van
een stel borderellen geeischt, met vermelding van den titel en
nadere bijzonderheden geheel op den voet als de gewone borde
rellen van inschrijving. Deze borderellen werden geheel als de
gewone behandeld, n.l. in het dagregister geboekt, op het reg.
N°. 6ga (vroeger algemeen register) aangeteekend, en in hulp-
register N°. 3 overgeschreven. Voor die inschrijving kon het
gewone salaris in rekening worden gebracht en dus werd op die
manier de bewaarder betaald voor het verrichte werk. Zonder
aanteekening naast de oorspronkelijke inschrijving was er tusschen
beide inschrijvingen geen behoorlijk verband, en dus werd ook
naast de oude inschrijving naar de nieuwe verwezen. Deze werk
wijze had het bezwaar voor het publiek, dat er in het vervolg
steeds bij inzage een inschrijving meer moest worden geraadpleegd,
waarvoor weer extra salaris verschuldigd was. Bovendien kwam
het herhaaldelijk voor, dat bij de doorhaling van de oorspronke
lijke inschrijving verzuimd werd ook de z.g.n. subrogatie-inschrij
ving te doen doorhalen; hierdoor kwam men soms later in on
gelegenheid, wanneer er certificaten van de betrokken perceelen
moesten worden afgegeven.
2. Daar men toch naast de oude inschrijving moest verwijzen,
kon men hetzelfde doel bereiken door na de inlevering van de
subrogatie-borderellen deze niet in het dagregister te boeken en
dus ook niet meer in het hulpregister N°. 3 over te schrijven
maar alleen een door den bewaarder gedagteekende en onder-
teekende verklaring naast de oorspronkelijke inschrijving te
stellen. Nu gaf de bewaarder één der borderellen terug met de
verklaring er op, dat de aanteekening naast de in het borderel
bedoelde inschrijving had plaats gehad.