"3 en teruggang in denzelfden randstand heeft gevonden, vinden de middelbare fout [j, in de enkele richtingsmeting, onafhankelijk van de verdeelingsfouten. Hierbij wordt het constante deel y [v]n in rekening gebracht. Uit de waarden van x berekent s men echter de middelbare totale fout M in p. Is dan de middel bare fout in p, onafhankelijk van de randverdeeling, m, dan is het quadraat van de m. f. in p tengevolge van de randverdeelings- fouten t2 2 r2 M2m2. Hieruit is dus de invloed van de verdeelingsfouten te zien. Voor dit instrument n. 60253 vond ik de volgende resultaten, alles uitgedrukt in centesimale sec.: i°. Middelbare waarde van de waarnemingsfout, in één richting, afgeleid uit de verschillen van heen- en terug gang (j.= 2",5. 20. Middelbare waarde van de totale fout in een dubbele hoekmeting. J/ 2 r2-f- p2 7 ",o. 30. Middelbare fout in de grootheid p, voor zoo ver deze wél I niet m i",8. en met afhangt van de rand verdeelingslouten: \/~2 6" 6 Uit fig. 5 ziet men verder, dat een zeer zwakke periodieke ver- deelingsfout aanwezig is. Op de bekende wijze is deze uitgedrukt in een Fourrier-reeks en dat gaf voor den invloed van de periodieke fout der randverdeeling in het gemiddelde der 2 microscopen: y" 2",93 sin (2 0+ 13,89) o",38 sin (4 0 201,03) 112 sin (60+110,98) Er is dus alleen een zwakke 2 0-term aanwezig en de rest is denkbeeldig. Dat ziet men ook, als men tracht, den invloed van achtereenvolgens o, 1, 2 en 3 termen van y op r, in rekening te brengen. Dat levert op r =4",66 r" 4">38 r' 4',26 r'" 4 ">45 s Grafische voorstelling van x voor de gebruikte 40 randstanden.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1924 | | pagina 115