zij daarbij nog niet. Het aantal veranderingen in secundaire punten over het geheele land is niet gering thans reeds, zoo kort na hunne bepaling, terwijl de meeste nog niet dienst zullen hebben gedaan voor aansluiting van lagere orde. Hiervoor en hiervoor alleen is de reuze-taak der secundaire triangulatie verricht; voor de oplossing van de belangrijke wetenschappelijke vraagstukken op geodetisch gebied in samenwerking met andere landen volstaat de primaire meting, de secundaire is grondslag voor een nauw keurige in-kaart-brenging van ons land. De topografische dienst is thans bezig de uitkomsten der R. D. te verwerken in haar materiaal, ook Waterstaat en Heide-Maatschappij maken er o.m. gebruik van, het Kadaster natuurlijk ook, hoewel schaars tegen woordig; bij den opzet der secundaire driehoeksmeting werd met name de noodzakelijkheid van kadastrale hermetingen door de Commissie naar voren gebracht. In aanwending voor dit doel, dat ons het meest ter harte gaat, ligt het groote nut der secun daire driehoeksmeting; bij verbetering van het Kadaster is zij ook inderdaad noodig, omdat op andere wijze geen voldoende nauwkeurigheid te verkrijgen is. Door bovengenoemde maat regelen dient ervoor gewaakt, dat die aanwending in de toekomst op de eenvoudigste wijze mogelijk blijve. Een opmerking moge hier nog ingelascht worden: De onderschei den orde en rang van punten in de R. D. is hier ter sprake gekomen in verband met de vastlegging en de mogelijkheid tot het nemen van voorwaartsche richtingen, maar het is duidelijk, dat het onderscheid overigens verdwijnt bij het gebruik voor kadastrale doeleinden, de coördinaten van alle R. D. punten staan dan gelijkelijk vast als gegevens van hoogere orde. Behalve de torens, die voor de bepaling van de vijf nieuwe punten gebruikt zijn, waren er in of bij de gekozen plaatsen nog meer andere, echter verder weg gelegen R. D. punten te vizeeren, namelijk Berlicum I, EmpelAmmerzoden I en Vlijmen I. Van de twee op korten afstand zichtbare torens der St.-Leonarduskerk, 's-Her log en bosch XII, werd er slechts één de Noordelijke gebruikt, ook weer om het werk te beperken. Als bij zulk een «dubbeltoren» beide spitsen als secundaire punten van den 2enrang onafhankelijk van elkaar zijn bepaald dus niet een van beide en daarna de andere uit deze door middel van een lokaal drie- hoeksmetinkje dan zal bij aansluiting de nauwkeurigheid be- 122

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1924 | | pagina 124