is gewijd aan het vraagstuk „Een Inlandsch Kadaster", behandeld door
landmeter J. H. Raeven. Het opstel draagt als ondertitel: „een mil-
lioenenkwestie"de schrijver wil voorkomen, dat de belastingpenningen
verspild worden door verkeerde inrichting. De Topografische Dienst, aan
het hoofd waarvan de heer van Gent staat, heeft proefmetingen gehouden,
die, volgens deze verhandeling het karakter dragen van een „inzet" en
waartegen de heer Raeven zich keert, omdat hij daarbij diverse groote
en grove fouten constateert.
Een overdruk van de artikelen is in ons bezit en gaarne zijn wij bereid,
dezen ter inzage aan belangstellenden toe te zenden.
BERICHTEN.
Bij K. B. van 29 Aug. 1923, n°. 6 zijn benoemd tot:
Officier in de Orde van Oranje-NassauF. H. A. J. Bingen,
ingenieur-verificateur van het Kadaster te 's-Hertogenbosch;
Ridder in de Orde van Oranje-Nassau: H. J. Baning, land
meter van het Kadaster te Haarlem en J. R. C. H. Berger,
bewaarder van de Hypotheken, het Kadaster en Scheepsbewijzen
te 's-Hertogenbosch.
De teekenaar van het Kadaster A. Wijn te Arnhem, is op
26 Sept. 1923 overleden.
Op 12 Oct. 1923 is overleden de Heer W. ten Bokkel, be
waarder van de Hypotheken, het Kadaster en de Scheepsbewijzen
te Zutphen.
Bij K. B. van 16 Oct. 1923, n°. 46 is aan den landmeter van
het Kadaster L. Rocquette Muntinghe te Alkmaar, op zijn
verzoek, met ingang van 1 Nov. 1923 eervol ontslag verleend.
Bij K. B. van 8 Nov. 1923, n°. 69 zijn met ingang van 1 Jan.
1924 benoemd tot landmeter van het Kadaster, en werkzaam
gesteld op de plaatsen achter hunne namen vermeldA. J. H.
Meertens, Amsterdam, P. J. van Een denburg,'s-Gravenhage,
C. G. Daleboudt, 's-Gravenhage, J. F. Ilsen, 's-Gravenhage,
A. G. Wypkema, Arnhem, H. Meindersma, Amsterdam, W.
van Riessen, Rotterdam, G. J. Brouwer, Amsterdam en W,
Nikkels, Haarlem.
29
