78. J. J. ter Laag. Wet van 1870 op de Grondbelasting
met Aanteekeningen en eene schets van de geschie
denis der Grondbelasting in Nederland. (1906)
79. H. P. Cramer. Wet van 26 Mei 1870, Stbl. N°. 82,
tot regeling der Grondbelasting, door latere wetten
aangevuld en gewijzigd. Bijgewerkt tot 1 Jan. 1908. (1908)
80. L. A. Alting Mees. Uitvoering van de Wet op de
Grondbelasting van 26 Mei 1870 (Stbl. N°. 82). (1905)
81. C. J. Geertsema. Beschouwingen over de Herzie
ning van de Belastbare Opbrengst der Ongebouwde
eigendommen. (1886)
82. Mr. J. Moolenburgh. Opmerkingen naar aanleiding
van de brochure van den heer C. J. Geertsema
over de herziening van de belastbare opbrengst der
Ongebouwde eigendommen. (1885)
83. J. Rietema. Een geldbron, die ruimer vloeien kan.
(Ongebouwde eigendommen). Vragen des Tijds",
Mei 1912). (1912)
84. Toelichting en Becijferingen bij de Regelingen van
de Inkomsten der Landmeters van het Kadaster. (1896)
85. Verslag der Commissie, ingesteld bij besluit van den
Min. v. Fin. van 14 April 1919, N°. 150, inzake
het vraagstuk van de samensmelting der dienstvakken
van de directe belastingen en van de registratie. (1923)
86. I. Boer Hz. Bezuiniging door fusie der rijksdiensten
van de Belastingen, de Hypotheken en het Kadaster.
Overdruit „Vragen des Tijds" 1923).
87. I. Boer Hz. De kosten van den bijhoudingsdienst
van den kadastralen belastinggrondslag der Gebouwde
eigendommen. (Overdruk). (1919)
88. Eenige beschouwingen naar aanleiding van het Ont
werp van wet op de grondbelasting, door het
Bestuur der Vereeniging van Controleurs en Adjunct-
Controleurs der Grondbelasting. (1919)
89. Voordrachten en debat betreffende de Vernieuwing
van het Kadaster der gemeente Dieren. (Proef-
hermeting) I, „GrensregelingII, „De Inrichting
van het nieuwe Kadaster". III, „De beteekenis der
uitkomsten van de proefhermeting voor het toe
komstig Kadaster". (Overdruk). (1918)
ii7
