Krayenhoff gebruikte een ellipsoide volgens Delambre
(Précis historique 1827 Table V bl. 175, afplatting -lengte
halve groote as: 6376950.4 m).
Op deze ellipsoide werd Amsterdam als uitgangspunt gekozen,
(breedte 520 22' 30". 13, -lengte o°, azimuth AmsterdamUtrecht,
vanaf het zuiden door het westen 332°3i' 19".940).2)
De Rijksdriehoeksmeting rekent daarentegen op de ellipsoide
van Bessel afpl.: -1lengte halve groote as 6377307.1 5 m.
299.1528 iiiwi o
Als uitgangspunt is aangenomen: het driehoekspunt Amersfoort
met de volgende constanten: breedte 520 9' 22". 178 lengte 0°
azimuth AmersfoortUtrecht, vanaf het noorden door het oosten
248° 35' 19".891.3)
Vervolgens zijn de ellipsoïden door kaartprojectie elke op
zijn eigen wijze in een plat vlak afgebeeld.
De ellipsoide van Krayenhoff direct met behulp van de pro
jectie van Bonne, zoodanig dat het hoofdpunt gelegen is op de
lengte o°, breedte 510 30'.
De afbeelding in het platte vlak is vastgelegd in een recht
hoekig coördinatenstelsel, dat zijn oorsprong heeft in het bedoelde
hoofdpunt, terwijl de jy-as gevormd wordt door het beeld van de
meridiaan door Amsterdam. 4)
Wij zullen deze coördinaten in het vervolg x, y noemen.
De ellipsoide der Rijksdriehoeksmeting is eerst volgens een
conforme projectiemethode volgens Gauss afgebeeld op een bol,
waarvan de straal wordt aangenomen N0 R0 (2V0 en R0 zijn
de beide hoofdkromtestralen der ellipsoide in het punt Amersfoort).
Men berekent de lengte en breedte van de beeldpunten op dezen
bol en \p) uit de geographische coördinaten van de ellipsoide
(A en 0) volgens de formules: l n
tg (45° 'h 4,) - KI tl (45° V, 4» |f=££$
waarin e de excentriciteit der ellipsoide.
i5
In tabel IV, vindt men waarden berekend op een andere ellipsoide en Duin
kerken als uitgangspunt. (Zie Précis Hist. bl. 33).
2) Zie Précis Historique 1827 bl. 175.
3) Zie Hk. J. Heuvel ink: De Stereographische kaartprojectie in hare toepassing
bij de Rijksdriehoeksmeting. Delft 1918, bl. 25.
4) Zie Précis Historique 1827, bl. 175.