worden of de tegenwoordige organisatie van den kadastralen
dienst dan zooveel voordeelen in zich sluit.
Het antwoord ligt opgesloten in de nieuwe taak van den
overheidsdienst. Voor het toezicht kan worden volstaan met een
tiende gedeelte van alle landmeters.
Daarnaast kunnen in elke divisie eenigen belast worden met
de uitbreiding der triangulatie en het geleidelijk vermeerderen
van het aantal vaste punten, en, waar noodig, tot stand brengen
van locale vernieuwingen. Daarin toch ligt een vereenvoudiging
en verscherping van controle, naast de algemeene voordeelen
welke aan elke verzekering en vernieuwing eigen zijn.
De opmeting van de grondbelastingopgaven blijft, en al kan
niet beweerd worden, dat deze steeds van eenvoudigen aard zijn,
en dus door goedkoopere werkkrachten verricht kunnen worden,
evenmin kan ontkend worden dat het aspect anders wordt, en
ruimte laat voor een goedkoopere werkwijze. Ik wijs er slechts
op dat jaarlyksche opnemingen dan niet meer noodig zijn, en
dat gemeenten, met eenvoudige en regelmatige perceelsindeeling,
zich wel zullen leenen voor goedkooper personeel dan thans
noodzakelijk is.
Met dat al zal een zéér aanzienlijke bezuiniging bereikt worden.
En tevens een economische, 't Gevaar is niet denkbeeldig, dat
de regeering, uitgaande van het axioma: «Bezuinigd moet er
wordenanders verkeerde maatregelen treft. Zoo adviseerde
de Fusiecommissie tot een splitsing van den kadastralen dienst
in een technisch en administratief gedeelte. Veel langzamer, maar
in zijn gevolgen veel ernstiger, staat ons bij invoering van die
splitsing een tweede girodébacle te wachten. Ik zie bovendien
de voordeelen niet in, maar aanvaardend, dat de Fusiecommissie
zulks beter kan beoordeelen, wijs ik er op, dat na invoering van
bovengeschetste Organisatie, er geen enkel bezwaar meer tegen
die aangegeven splitsing bestaat.
Zoo'n advies der Fusiecommissie is voor mij dan ook een
waarschuwing tegen een leekenadvies inzake het kadaster, welks
beteekenis voor den grondeigendom en grondcrediet juist in de
laatste jaren zoo aanzienlijk is gestegen. Men denke aan volks
huisvesting, landarbeiderswet, ruilverkaveling, wegenaanleg, ge
meentelijke grondbedrijven met uitbreidingsplannen enz. Verlaging
van het wetenschappelijk peil van ontwikkeling der landmeters
i6o